Bedrijfsprofiel: Van Huffelen&Meenink

Verschenen in Vallei Business nummer 6 2010

Onderzoek

Bijna 60% Nederlanders checkt privémail op werk

6 op de 10 Nederlandse kantoorwerkers checkt privémails tijdens werkuren. Dit blijkt uit een online onderzoek dat Regus, wereldmarktleider op het gebied van innovatieve werkplekoplossingen, in september bij meer dan 180 Nederlandse kantoorwerkers liet uitvoeren. Eenzelfde onderzoek werd in deze periode uitgevoerd in België. De respondenten werd daarbij gevraagd welke privébezigheden zij uitvoeren tijdens hun werk. De Nederlandse top 3 bestaat verder uit: ‘surfen op het internet’ (58%) en ‘online transacties uitvoeren’ (41%), zoals internetbankieren of online winkelen.

Eduard Schaepman, algemeen directeur van Regus Benelux: “De grens tussen privé en werk wordt steeds vager. Tegenwoordig wordt van werknemers verwacht dat ze zich flexibel opstellen en indien nodig vrije tijd besteden aan (over)werken. Veel werknemers willen dan ook vrij zijn om af en toe wat privézaken te regelen tijdens kantooruren en ze willen bovendien het vertrouwen krijgen van de werkgever dat ze hun tijd desondanks efficiënt benutten. Net zoals ze de vrijheid en het vertrouwen willen krijgen om te werken waar, wanneer en hoe ze dat willen.”

De 9 meest voorkomende

privéactiviteiten tijdens werkuren:

1. Op het internet surfen

58% van de Nederlandse kantoorwerkers surft voor privédoeleinden tijdens werkuren: nieuwssites bezoeken of een reisbestemming kiezen.

2. Online transacties uitvoeren

Bankzaken verrichten of online tickets bestellen. Bijna 4 op 10 Nederlandse kantoorwerkers (41%) doet dit in de tijd van de baas.

3. Privémails checken

Internet en e-mail zijn vandaag de dag niet meer weg te denken, en dit geldt zowel voor privé als voor professioneel gebruik. Bijna 6 op 10 (57%) checkt tijdens de kantooruren hun privémails. Bij de Belgische werknemers bedraagt dit percentage maar liefst 69%.

4. Privégesprekken voeren met collega’s

Er worden tijdens de werkuren heel wat gesprekken gevoerd tussen collega’s, maar deze gaan niet altijd over het werk. Vaak blijken ze te gaan over privézaken (30% van de ondervraagden).

5. Privémails schrijven

Terwijl 57% van de kantoorwerkers hun privémails checken, geeft slechts 34% van de ondervraagden aan ook privémails te schrijven tijdens de werkuren.

6. Privételefoongesprekken voeren

33% van de respondenten geeft aan gesprekken voor privédoeleinden te voeren tijdens werk.

7. Sociale netwerksites bezoeken

Facebook, Hyves, Foursquare en LinkedIn; 27% geeft aan gebruik te maken van sociale media tijdens werk. Opvallend is dat er veel minder Belgische (11%) dan Nederlandse werknemers zijn die dit doen. Twitteren blijkt ook veel meer ingeburgerd in Nederland: 9% van de Nederlandse werknemers geeft aan dit tijdens werk te doen tegenover slechts 1% van de Belgische werknemers.

8. Kopiëren of printen van privédocumenten

Gebruik maken van de faciliteiten van het kantoor komt ook vaak voor. Zo geeft 19% aan zijn privédocumenten op het werk te printen of te kopiëren en 10% van de Nederlanders verstuurt zelfs post op kosten van de baas.

9. Roken

Hoewel uit onderzoek blijkt dat 28% van de Nederlanders rookt, gaf slechts 12% aan dit te doen tijdens de werk.

Bron: www.regus.nl

vallei business | nummer 6 | januari 2011

De Rabobanken Barneveld-Voorthuizen, Vallei en Rijn en Woudenberg-Lunteren presenteren het onderzoeksrapport met als titel: ‘De economische Kracht van de Vallei’. Dit onderzoek is uitgevoerd door het Kennis en Economisch Onderzoek (KEO) van Rabobank Nederland. Er is in het Vallei-gebied een voedzame bodem aanwezig voor een gezond bedrijfsleven.

Hoofdconclusies

Het onderzoek in opdracht van de Rabobanken in de Vallei brengt de volgende hoofdconclusies aan het licht:

De Vallei-regio heeft in het laatste decennium een ontwikkeling doorgemaakt van een gebied op de rand van twee provinciegrenzen naar een gebied dat regionaal, nationaal en internationaal wordt erkend als Food Valley.

Bedrijfsleven, overheden en kennisinstellingen hebben hieraan een belangrijke bijdrage geleverd en daarmee ook aan het toekomstperspectief van de regio. Het overkoepelende thema ‘food’ bundelt daarbij de krachten van bestaande clusters (zoals Barneveld en Wageningen) en activiteiten.

De ligging tussen de ‘Randstad’ en het ‘achterland’, de verschillende transportassen en de ruimtelijke mogelijkheden voor bedrijvigheid en wonen maken echter dat het gebied ook aantrekkelijk is als vestigingsplaats voor een veel bredere groep bedrijven een andere functies.

Doel onderzoek

Het onderzoek geeft inzage in de economische prestaties van het Vallei-gebied en van de daarin gevestigde gemeenten. Het onderzoek toont het onderscheidend vermogen van de regio aan én doet aanbevelingen aan overheden en bedrijfsleven hoe ‘de Vallei’ als vestigingsplaats voor ondernemers kan worden versterkt.

vallei business | nummer 6 | januari 2011

Rabobanken presenteren onderzoeksrapport

‘De economische Kracht van de Vallei’

Onderzoek

www.valleibusiness.nl

Of u nu op zoek bent naar een evenementen-, outdoor-, training- of vergaderlocatie of dat u gewoon gezellig wilt lunchen met uw relatie, de regio Vallei heeft volop te bieden. Toplocaties altijd in buurt, makkelijk te vinden en goed bereikbaar. Vallei Business laat u een overzicht zien van locaties die deze benodigde ingrediënten hebben, om uw samenzijn iets extra te geven. Rust en ruimte worden in verschillende sferen geboden. Exclusiviteit en huiselijkheid zijn kernwoorden die in Vallei centraal staan. Dus altijd het perfecte decor voor uw evenement bij u in de buurt.

2

8

1

5

9

Hotel en Congrescentrum de ReeHorst

Hotel - Restaurant - Brasserie - Wijnbar - Vergaderen

Trainingen - Congressen - Events - Theater

Geschikt voor elke gelegenheid. Met o.m. 38 zalen en ruime, gezelllige ontvangstfoyers. Elke bijeenkomst wordt gegarandeerd een beleving. Vol warmte,gezelligheid en altijd persoonlijk!

7

4

3

1

Bennekomseweg 24

6717 LM Ede

T 0318 750300 F 0318 750301

E info@reehorst.nl

I www.reehorst.nl

6

3

2

The Hunting Lodge

Puur, eerlijk

en vooral veel genieten’

Beekhuizenseweg 1

6891 CZ Rozendaal

026 3611597

6

Hof van Wageningen

Hof van Wageningen is een gelegenheid voor elke gelegenheid. Wij beschikken over 26 banquetzalen, ruim 200 hotelkamers, een à la carte restaurant, diverse

ontvangstruimtes en een gezellige bar.

Lawickse Allee 9

6701 AN Wageningen

T +31-(0)317-490133 • F +31-(0)317-426243

E info@hofvanwageningen.nl

I www.hofvanwageningen.nl

8

Toplocaties in de regio Vallei

4

Restaurant L’Orage / Party Centrum Flora

In een ambiance van nostalgie, rust en gemoedelijkheid is restaurant L’ Orage de perfecte locatie om te genieten van een goede maaltijd.

Lunterseweg 44

6718 WE Ede

T 0318-613876 / 653227

F 0318-653327

I www.lorage.nl

7

Tanteloes

Tanteloes dagelijks geopend voor lunch,

diner, vergaderingen, feesten & partijen

Veerplein 1

3911 TN Rhenen  T 0317-616161

E info@tanteloes.com

I www.tanteloes.com

9

5

Samenwerkingsvoornemen Renswoude en Veenendaal beklonken

De colleges van Burgemeester en Wethouders van Renswoude en Veenendaal hebben in een gezamenlijke bijeenkomst de ‘Samenwerkingsovereenkomst Renswoude en Veenendaal’ ondertekend. Met de ondertekening van deze overeenkomst hebben beide gemeenten een uit 2008 daterende afspraak bezegeld.

Deze afspraak hield in dat Renswoude een beroep kan doen op Veenendaal voor de uitvoering van gemeentelijke taken die Renswoude als kleine zelfstandige gemeente in de toekomst mogelijk niet meer uit kan voeren. Op deze wijze wordt een bijdrage geleverd aan de wens van de bevolking van Renswoude om bestuurlijk zelfstandig en buiten de samenvoeging met Scherpenzeel en Woudenberg te blijven. Met deze samenwerkingsovereenkomst intensiveren zij de sedert jaren gegroeide vruchtbare samenwerking.

Renswoude is sinds eind 2007 ongewild partij in een mogelijke gemeentelijke herindeling in het Valleigebied. De gemeenten Scherpenzeel en Woudenberg hebben destijds aan de betrokken provincies Gelderland en Utrecht gevraagd om de procedures in gang te zetten om te komen tot een nieuwe gemeente, bestaande uit deze drie. Het wetsvoorstel dat hier eind 2009 het resultaat van was, is door het laatste demissionaire Kabinet van CDA en ChristenUnie controversieel verklaard en niet behandeld. Momenteel ligt het nog op behandeling door de nieuwe Tweede Kamer te wachten.

Bestuurlijke zelfstandigheid

Gemeente Renswoude heeft zich van het begin af aan tegen een dergelijke herindeling verzet en zou het liefst als zelfstandige gemeente haar toebedeelde taken blijven uitvoeren. De bevolking van Renswoude heeft zich in twee volksraadplegingen bij overgrote meerderheid uitgesproken voor bestuurlijke zelfstandigheid en tegen samenvoeging met Scherpenzeel en Woudenberg. De inwoners van Renswoude hebben daarbij ook aangegeven veel meer te zien in intensievere samenwerking met Veenendaal, voor taken waar Renswoude zelf mogelijk te klein is. De gemeenteraad van Veenendaal heeft al in 2008 desgevraagd te kennen gegeven bereid te zijn tot intensivering van de samenwerking met Renswoude, als alternatief voor deze herindeling.

Parapluovereenkomst

De ondertekening van deze samenwerkingsovereenkomst is te zien als een logische volgende stap op het traject van intensivering van de samenwerking tussen Renswoude en Veenendaal, die al dateert uit de jaren ’80 van de vorige eeuw.

De samenwerkingsovereenkomst is een soort ‘parapluovereenkomst’ waaronder specifieke, op uitvoering gerichte dienstverleningsovereenkomsten worden ‘gehangen’. Een eerste concreet voorbeeld hiervan is de overeenkomst die binnenkort wordt opgesteld over crisisbeheersing. Andere terreinen van mogelijke samenwerking zijn Automatisering/ICT, Sociale Zaken, Belastingen (uitvoering WOZ), Milieu en Jeugdzorg.

FoodValley

De gemeenten zien voorts een belangrijke rol voor zich weggelegd in de nieuwe regio FoodValley met ingang van 1 februari 2011.

nieuws

vallei business | nummer 6 | januari 2011

MVO SPECIAL

januari 2011

vallei business | nummer 6 | januari 2011

vallei business | nummer 4 | november 2010

Computergebruiker kan energie besparen

Nederlanders kunnen nog veel energie besparen als het aankomt op computergebruik. Een zware downloader kan de energierekening zelfs met 110 euro per jaar zien afnemen. Dat blijkt uit een rondgang door NU.nl langs energieleveranciers Nuon, Eneco en voorlichtingsorganisatie Milieu Centraal.

Onlangs werd bekendgemaakt dat bijna 40 procent van de Nederlanders de computer niet afsluit na het gebruik. Spamfighter ondervroeg ruim twaalfduizend Nederlanders om tot deze conclusie te komen. Bijna 40 procent van alle respondenten die hun computer na gebruik niet uitzet doet dit omdat het te lang duurt om het apparaat weer aan te zetten. 32 procent sluit de pc niet af omdat de monitor na verloop van tijd automatisch uitschakelt.

Spamfighter wijst erop dat de computer wel blijft doordraaien en dat er dus nog steeds energie verbruikt wordt. “Hoewel we ons steeds meer bewust zijn van ons energieverbruik – we zetten de televisie niet op stand-by en doen lampen uit in ruimten waar we niet zijn – blijkt er voor de computergebruiker nog veel besparing mogelijk te zijn”, aldus het bedrijf.

Besparen

Voorlichtingsorganisatie Milieu Centraal ziet naast het niet uitzetten van de computer nog andere gebieden waar winst op behaald kan worden. Zo zouden veel mensen hun computer niet vaak genoeg op de slaapstand zetten en te lang laten aanstaan na het voltooien van een download.

“Veel mensen die een zwaar bestand zoals een film, serie of spel gaan downloaden, doen dit ‘s avonds en ’s nachts. Ze zetten de download aan als ze naar bed gaan en dat betekent dat de computer de hele nacht blijft draaien”, aldus een woordvoerster van Milieu Centraal.

“Er zijn echter eenvoudige programma’s die ervoor zorgen dat je computer zich automatisch uitschakelt wanneer de download voltooid is.” Ook kunnen mensen volgens Milieu Centraal beter een laptop dan een desktop gebruiken.

Nuon en Eneco

Energieleverancier Nuon geeft aan al jaren de computergebruiker aan te spreken op energieverspilling. “Een aantal jaar geleden hebben we onderzoek gedaan naar het energieverbruik in kinderkamers, waar tegenwoordig ook vaak een computer staat. Toen hebben we in onze bespaartips ook het uitzetten van de computer opgenomen”, aldus een woordvoerder.

Bij Eneco is er volgens een woordvoerder geen specifieke campagne voor computergebruikers. Wel wijst Eneco er op de website op om apparaten zoals computers niet op stand-by te laten staan. Ook adviseert de leverancier, net als Nuon, een stekkerblok met schakelaar te gebruiken zodat er geen ’sluipverbruik’ kan optreden.

Bron: Nu.nl, Colin van Hoek

Energie

forum

Duurzaam belicht

Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen (MVO) mag geen onbekende term zijn voor de Nederlandse ondernemer. Al jaren verwacht de maatschappij dat bedrijven ook hun steentje bijdragen aan het gezamenlijke welzijn en een beter milieu. Ook het MKB heeft veel met MVO te maken en daar is het afgelopen jaar weer veel vooruitgang geboekt.

MVO, duurzaamheid, milieu, CO2-footprint; de gemiddelde MKB-er is de weg kwijt met

al die termen die hem weinig zeggen.

Volgens Vian Kooiker van de Kamer van Koophandel Midden-Nederland zit er wel iets in. “We hebben een conferentie gehouden waaruit bleek dat MVO vooral gaat om goed ondernemerschap. Als ondernemer moet je goed met je werknemers en met je omgeving omgaan. Welke term je daarop plakt, doet eigenlijk niet ter zake.”

“De genoemde termen zijn mij wel bekend, maar ik kan me voorstellen dat de gemiddelde MKB-er niet het volledige veld kan overzien”, zegt Jan Godthelp van Rabobank Vallei en Rijn. “De Rabobank is van nature een betrokken bank en ik merk dat het veel scheelt als duurzaamheid vanuit een overkoepelende organisatie gestuurd wordt. Bij Rabo Nederland staat MVO hoog op de agenda en dat waaiert vanzelf uit naar de regionale kantoren.”

Corné Eshuis van Markinno Marketing Innovatoins haakt in: “MVO is hoofdzakelijk niets meer dan goed ondernemerschap. De stelling kan ook aangeven dat het niets nieuws meer is, het is gewoon een stempeltje wat je er op plakt. Ondernemers krijgen nu wat handvatten waar je aan moet voldoen en daar wordt een naampje aan gegeven.”

Volgens Peter Pors van Pors|de Ridder PR Communicatie&Public Relations komt goed ondernemerschap vanuit de ondernemer zelf en moet niet teveel van bovenaf geregeld worden. “Als er regeltjes komen dan haak ik al snel af en ondernemers ook. Dat is het begin van het einde volgens mij. MKB-ers moeten de vrijheid hebben om zelf invulling te geven aan MVO en het moet niet worden ingekaderd door de overheid.”

“Ik zie dat veel bedrijven moe zijn als de term duurzaamheid genoemd wordt”, stelt Frans Wolffenbuttel van Wolffenbuttel Duurzaam Advies Centrum. “Ik gebruik het zelf ook maar wat dat precies inhoudt, is voor veel bedrijven niet echt duidelijk. Het is een term die een verkeerde klank heeft gekregen. Ik denk dat mensen de weg kwijt raken doordat er zomaar ergens een naam op wordt geplakt.”

Bij MVO denken de meeste ondernemers gelijk aan ‘groen’ terwijl ze ook maatschappelijk veel kunnen betekenen. (Denk aan sponsoring, goede doelen, etc)

“Ik denk dat de maatschappelijke factor wel wat wordt ondergesneeuwd door natuur en milieu”, zegt Godthelp. “De Rabobank heeft geen aandeelhouders en betaalt dus geen dividend uit aan aandeelhouders zoals andere banken. Maar wij reserveren jaarlijks een deel van de winst die we uitkeren als dividend aan de samenleving. Dat gaat naar regionale projecten. Iedereen kan er een beroep op doen en je ziet het gelijk terug als een stukje betrokkenheid bij de samenleving.”

Ook Kooiker vindt dat maatschappelijke betrokkenheid bij MVO hoort. “De term is heel breed en gaat verder dan bijvoorbeeld het aantal vrachtwagenbewegingen terugdringen door samen in te kopen. Het gaat ook om goed personeelsbeleid en je medewerkers blijven ontwikkelen, maar ook het aannemen van mensen met een beperking. Ik denk dat bedrijven daar zelf goed invulling aan kunnen geven. Als je duurzaam inkoopt is dat niet meer waard dan wanneer je op een andere manier duurzaam of maatschappelijk bezig bent. Bij aanbestedingen moet je dan ook naar het hele palet kijken worden en niet alleen naar de prijs.”

Aanbestedingen bij de overheid moeten duurzaam zijn, maar Wolffenbuttel weet dat de prijs vaak wel de doorslag geeft. “In het aanbestedingsverhaaltje wordt wel van een bedrijf verwacht dat ze iets meenemen van duurzaamheid, maar onder de streep gaat het om de prijs. Ik vind dat je verder moet kijken dan dat en op de lange termijn moet denken. Nu kan iets duurder zijn in aankoop, maar wat levert het je op over een jaar of twintig? Dat wordt vaak niet meegenomen.”

“We zijn in een fase waarin we heel bewust bezig zijn met MVO en daar zit vaak ook een verdienmodel aan vast”, zegt Eshuis. “Over een paar jaar zijn duurzaamheid en maatschappelijke verantwoordelijkheid gewoon geworden en doet iedereen het onbewust. Dan kan je veel beter vergelijken en kan de prijs weer een belangrijk punt worden omdat iedereen duurzaam bezig is. Je moet citroenen met citroenen vergelijken en daar zit nu nog wel discussie.”

MVO moet worden gestimuleerd door de overheid, anders krijg je nooit een draagvlak voor duurzaamheid.

Kooiker ziet daar niet zoveel in. De overheid moet eerst zelf een duurzamer beleid voeren Regelgeving werkt volgens haar niet. “Regeltjes en wetgeving zullen eerder het verkeerde effect hebben. Ik vind dat de vraag juist vanuit de maatschappij moet komen. Natuurlijk is stimulering van een duurzamer beleid door de overheid wel mooi. De vraag naar duurzame producten neemt vanzelf toe bij consumenten en dat bedrijven en ondernemers doen er daarom goed aan om daar in te investeren.”

Pors sluit zich bij die mening aan: “Ik denk ook dat regeltjes het niet gaan worden. De overheid kan wel helpen door stimulerende maatregelen te treffen door bijvoorbeeld belastingvoordeel te geven.”

Eshuis denkt dat regelgeving in beginsel wel kan helpen om mensen bewuster te maken. Hij is van mening dat de regels niet overvloedig moeten worden toegepast en tijdig moeten stoppen als het effect bereikt is. “Tijdelijke regels werken heel goed en zijn vaak zeer succesvol. Als je bijvoorbeeld subsidie geeft aan bedrijven of particulieren, dan wordt het bewustzijn geprikkeld. De regeling moet er weer mee stoppen als het trucje is geleerd en iedereen er onbewust mee verder gaat.”

Een economische prikkel ziet Godthelp ook wel zitten. Het blijft wel afhankelijk in hoeverre een bedrijf investeringen kan blijven doen in duurzame maatregelen. “Bij de Rabobank zit als het ware MVO in ons DNA. Dan is het misschien wat makkelijker om daar aandacht aan te geven. Ik kan me voorstellen dat bedrijven die in zwaar weer zitten, de prioriteit niet leggen bij MVO om dat actief op te pakken.”

Wolffenbuttel ziet toch wel wat problemen bij stimulerende maatregelen. Er staan grote bezuinigingsoperaties voor de deur en het subsidiepotje is leeg. “Subsidies worden heel veel teruggeschroefd. Kijk naar MVO Nederland, het is opgericht door de overheid met subsidie, maar moet zich snel zelf kunnen bedruipen. Ik denk dus dat bedrijven er zelf meer aan moeten gaan doen en zelf het initiatief nemen.”

Aan een duurzaam beleid liggen altijd commerciële motieven ten grondslag.

“Elk bedrijf is commercieel bezig en als je duurzaamheid goed op de markt kan zetten, waarom zou je er dan geen profijt van mogen hebben”, vraagt Wolffenbuttel zich af.

Pors ziet dat duurzaamheid en commerciële motieven elkaar niet hoeven uit te sluiten. “Je moet er juist gebruik van maken. Als je duurzaam bent op welke manier dan ook, neem het mee en communiceer het naar buiten toe. Voor ondernemers zit er een ethisch kantje aan omdat je graag duurzaam wil zijn, het moet uit je hart komen. Goed ondernemerschap is een stukje normen en waarden en je voelt je er goed bij. Zolang MVO goed is beargumenteerd, dan heb ik geen problemen met commerciële doelen. In de persberichten die ik voor bedrijven schrijf, zit regelmatig een stukje duurzaamheid en MVO.”

Kooiker: “Je moet wel verder kunnen kijken dan de hele snelle winst. MVO gaat over een langere termijn en wat je er als bedrijf voor terug krijgt. De ondernemers die ik spreek die goed met duurzaamheid bezig zijn, vertellen dat ze ook beter tegen een stootje kunnen. Veel van deze bedrijven hebben minder last van de crisis bijvoorbeeld. Je stopt er veel in en dat levert op lange termijn een duurzaam bedrijf op.”

Eshuis denkt dat het juist nu van belang is om duurzaamheid in de markt te zetten en er als bedrijf je voordeel mee te doen. “Nu is iedereen nog heel bewust met MVO bezig. Straks is duurzaamheid zo gewoon dat iedereen er mee bezig is, dan heeft het geen toegevoegde waarde meer. Ik denk dat bedrijven het nu moeten gebruiken in hun marketing en zichzelf op deze manier positief kunnen onderscheiden. Andere bedrijven zien dan vanzelf dat het ook commercieel interessant is en gaan met die stroom mee. Ik denk dat zo het mes aan meerdere kanten snijdt.”

“Ik hoorde pas de kreet; het hoort, het moet en het loont”, zegt Godthelp als laatste. “We vinden dat het hoort om duurzaam te ondernemen en het moet ook omdat veel bedrijven en de overheid het van je verwachten. Het loont omdat je nu onderscheidend bent als MVO-onderneming. Dat gaat er wel vanaf als het standaard is geworden. Maar de termen zijn een mooie kapstok voor de ondernemer.”

vallei business | nummer 6 | januari 2011

Deelnemers:

Vian Kooiker - Kamer van koophandel Midden-Nederland

Jan Godthelp - Rabobank Vallei en Rijn

Peter Pors - Pors De Ridder

communicatie & public relations

Frans Wolffenbuttel - Wolffenbuttel

Duurzaam Advies Centrum

Corné Eshuis - Markinno Marketing

Innovations

Voorzitter; Michael van Munster -

Van Munster Media

Locatie: Het oude Politiebureau, Ede

MVO, duurzaamheid, milieu, CO2-footprint; de gemiddelde MKB-er is de weg kwijt met

al die termen die hem weinig zeggen.

Volgens Vian Kooiker van de Kamer van Koophandel Midden-Nederland zit er wel iets in. “We hebben een conferentie gehouden waaruit bleek dat MVO vooral gaat om goed ondernemerschap. Als ondernemer moet je goed met je werknemers en met je omgeving omgaan. Welke term je daarop plakt, doet eigenlijk niet ter zake.”

“De genoemde termen zijn mij wel bekend, maar ik kan me voorstellen dat de gemiddelde MKB-er niet het volledige veld kan overzien”, zegt Jan Godthelp van Rabobank Vallei en Rijn. “De Rabobank is van nature een betrokken bank en ik merk dat het veel scheelt als duurzaamheid vanuit een overkoepelende organisatie gestuurd wordt. Bij Rabo Nederland staat MVO hoog op de agenda en dat waaiert vanzelf uit naar de regionale kantoren.”

Corné Eshuis van Markinno Marketing Innovatoins haakt in: “MVO is hoofdzakelijk niets meer dan goed ondernemerschap. De stelling kan ook aangeven dat het niets nieuws meer is, het is gewoon een stempeltje wat je er op plakt. Ondernemers krijgen nu wat handvatten waar je aan moet voldoen en daar wordt een naampje aan gegeven.”

Volgens Peter Pors van Pors|de Ridder PR Communicatie&Public Relations komt goed ondernemerschap vanuit de ondernemer zelf en moet niet teveel van bovenaf geregeld worden. “Als er regeltjes komen dan haak ik al snel af en ondernemers ook. Dat is het begin van het einde volgens mij. MKB-ers moeten de vrijheid hebben om zelf invulling te geven aan MVO en het moet niet worden ingekaderd door de overheid.”

“Ik zie dat veel bedrijven moe zijn als de term duurzaamheid genoemd wordt”, stelt Frans Wolffenbuttel van Wolffenbuttel Duurzaam Advies Centrum. “Ik gebruik het zelf ook maar wat dat precies inhoudt, is voor veel bedrijven niet echt duidelijk. Het is een term die een verkeerde klank heeft gekregen. Ik denk dat mensen de weg kwijt raken doordat er zomaar ergens een naam op wordt geplakt.”

Bij MVO denken de meeste ondernemers gelijk aan ‘groen’ terwijl ze ook maatschappelijk veel kunnen betekenen. (Denk aan sponsoring, goede doelen, etc)

“Ik denk dat de maatschappelijke factor wel wat wordt ondergesneeuwd door natuur en milieu”, zegt Godthelp. “De Rabobank heeft geen aandeelhouders en betaalt dus geen dividend uit aan aandeelhouders zoals andere banken. Maar wij reserveren jaarlijks een deel van de winst die we uitkeren als dividend aan de samenleving. Dat gaat naar regionale projecten. Iedereen kan er een beroep op doen en je ziet het gelijk terug als een stukje betrokkenheid bij de samenleving.”

Ook Kooiker vindt dat maatschappelijke betrokkenheid bij MVO hoort. “De term is heel breed en gaat verder dan bijvoorbeeld het aantal vrachtwagenbewegingen terugdringen door samen in te kopen. Het gaat ook om goed personeelsbeleid en je medewerkers blijven ontwikkelen, maar ook het aannemen van mensen met een beperking. Ik denk dat bedrijven daar zelf goed invulling aan kunnen geven. Als je duurzaam inkoopt is dat niet meer waard dan wanneer je op een andere manier duurzaam of maatschappelijk bezig bent. Bij aanbestedingen moet je dan ook naar het hele palet kijken worden en niet alleen naar de prijs.”

Aanbestedingen bij de overheid moeten duurzaam zijn, maar Wolffenbuttel weet dat de prijs vaak wel de doorslag geeft. “In het aanbestedingsverhaaltje wordt wel van een bedrijf verwacht dat ze iets meenemen van duurzaamheid, maar onder de streep gaat het om de prijs. Ik vind dat je verder moet kijken dan dat en op de lange termijn moet denken. Nu kan iets duurder zijn in aankoop, maar wat levert het je op over een jaar of twintig? Dat wordt vaak niet meegenomen.”

“We zijn in een fase waarin we heel bewust bezig zijn met MVO en daar zit vaak ook een verdienmodel aan vast”, zegt Eshuis. “Over een paar jaar zijn duurzaamheid en maatschappelijke verantwoordelijkheid gewoon geworden en doet iedereen het onbewust. Dan kan je veel beter vergelijken en kan de prijs weer een belangrijk punt worden omdat iedereen duurzaam bezig is. Je moet citroenen met citroenen vergelijken en daar zit nu nog wel discussie.”

MVO moet worden gestimuleerd door de overheid, anders krijg je nooit een draagvlak voor duurzaamheid.

Kooiker ziet daar niet zoveel in. De overheid moet eerst zelf een duurzamer beleid voeren Regelgeving werkt volgens haar niet. “Regeltjes en wetgeving zullen eerder het verkeerde effect hebben. Ik vind dat de vraag juist vanuit de maatschappij moet komen. Natuurlijk is stimulering van een duurzamer beleid door de overheid wel mooi. De vraag naar duurzame producten neemt vanzelf toe bij consumenten en dat bedrijven en ondernemers doen er daarom goed aan om daar in te investeren.”

Pors sluit zich bij die mening aan: “Ik denk ook dat regeltjes het niet gaan worden. De overheid kan wel helpen door stimulerende maatregelen te treffen door bijvoorbeeld belastingvoordeel te geven.”

Eshuis denkt dat regelgeving in beginsel wel kan helpen om mensen bewuster te maken. Hij is van mening dat de regels niet overvloedig moeten worden toegepast en tijdig moeten stoppen als het effect bereikt is. “Tijdelijke regels werken heel goed en zijn vaak zeer succesvol. Als je bijvoorbeeld subsidie geeft aan bedrijven of particulieren, dan wordt het bewustzijn geprikkeld. De regeling moet er weer mee stoppen als het trucje is geleerd en iedereen er onbewust mee verder gaat.”

Een economische prikkel ziet Godthelp ook wel zitten. Het blijft wel afhankelijk in hoeverre een bedrijf investeringen kan blijven doen in duurzame maatregelen. “Bij de Rabobank zit als het ware MVO in ons DNA. Dan is het misschien wat makkelijker om daar aandacht aan te geven. Ik kan me voorstellen dat bedrijven die in zwaar weer zitten, de prioriteit niet leggen bij MVO om dat actief op te pakken.”

Wolffenbuttel ziet toch wel wat problemen bij stimulerende maatregelen. Er staan grote bezuinigingsoperaties voor de deur en het subsidiepotje is leeg. “Subsidies worden heel veel teruggeschroefd. Kijk naar MVO Nederland, het is opgericht door de overheid met subsidie, maar moet zich snel zelf kunnen bedruipen. Ik denk dus dat bedrijven er zelf meer aan moeten gaan doen en zelf het initiatief nemen.”

Aan een duurzaam beleid liggen altijd commerciële motieven ten grondslag.

“Elk bedrijf is commercieel bezig en als je duurzaamheid goed op de markt kan zetten, waarom zou je er dan geen profijt van mogen hebben”, vraagt Wolffenbuttel zich af.

Pors ziet dat duurzaamheid en commerciële motieven elkaar niet hoeven uit te sluiten. “Je moet er juist gebruik van maken. Als je duurzaam bent op welke manier dan ook, neem het mee en communiceer het naar buiten toe. Voor ondernemers zit er een ethisch kantje aan omdat je graag duurzaam wil zijn, het moet uit je hart komen. Goed ondernemerschap is een stukje normen en waarden en je voelt je er goed bij. Zolang MVO goed is beargumenteerd, dan heb ik geen problemen met commerciële doelen. In de persberichten die ik voor bedrijven schrijf, zit regelmatig een stukje duurzaamheid en MVO.”

Kooiker: “Je moet wel verder kunnen kijken dan de hele snelle winst. MVO gaat over een langere termijn en wat je er als bedrijf voor terug krijgt. De ondernemers die ik spreek die goed met duurzaamheid bezig zijn, vertellen dat ze ook beter tegen een stootje kunnen. Veel van deze bedrijven hebben minder last van de crisis bijvoorbeeld. Je stopt er veel in en dat levert op lange termijn een duurzaam bedrijf op.”

Eshuis denkt dat het juist nu van belang is om duurzaamheid in de markt te zetten en er als bedrijf je voordeel mee te doen. “Nu is iedereen nog heel bewust met MVO bezig. Straks is duurzaamheid zo gewoon dat iedereen er mee bezig is, dan heeft het geen toegevoegde waarde meer. Ik denk dat bedrijven het nu moeten gebruiken in hun marketing en zichzelf op deze manier positief kunnen onderscheiden. Andere bedrijven zien dan vanzelf dat het ook commercieel interessant is en gaan met die stroom mee. Ik denk dat zo het mes aan meerdere kanten snijdt.”

“Ik hoorde pas de kreet; het hoort, het moet en het loont”, zegt Godthelp als laatste. “We vinden dat het hoort om duurzaam te ondernemen en het moet ook omdat veel bedrijven en de overheid het van je verwachten. Het loont omdat je nu onderscheidend bent als MVO-onderneming. Dat gaat er wel vanaf als het standaard is geworden. Maar de termen zijn een mooie kapstok voor de ondernemer.”

vallei business | nummer 6 | januari 2011

MVO, duurzaamheid, milieu, CO2-footprint; de gemiddelde MKB-er is de weg kwijt met

al die termen die hem weinig zeggen.

Volgens Vian Kooiker van de Kamer van Koophandel Midden-Nederland zit er wel iets in. “We hebben een conferentie gehouden waaruit bleek dat MVO vooral gaat om goed ondernemerschap. Als ondernemer moet je goed met je werknemers en met je omgeving omgaan. Welke term je daarop plakt, doet eigenlijk niet ter zake.”

“De genoemde termen zijn mij wel bekend, maar ik kan me voorstellen dat de gemiddelde MKB-er niet het volledige veld kan overzien”, zegt Jan Godthelp van Rabobank Vallei en Rijn. “De Rabobank is van nature een betrokken bank en ik merk dat het veel scheelt als duurzaamheid vanuit een overkoepelende organisatie gestuurd wordt. Bij Rabo Nederland staat MVO hoog op de agenda en dat waaiert vanzelf uit naar de regionale kantoren.”

Corné Eshuis van Markinno Marketing Innovatoins haakt in: “MVO is hoofdzakelijk niets meer dan goed ondernemerschap. De stelling kan ook aangeven dat het niets nieuws meer is, het is gewoon een stempeltje wat je er op plakt. Ondernemers krijgen nu wat handvatten waar je aan moet voldoen en daar wordt een naampje aan gegeven.”

Volgens Peter Pors van Pors|de Ridder PR Communicatie&Public Relations komt goed ondernemerschap vanuit de ondernemer zelf en moet niet teveel van bovenaf geregeld worden. “Als er regeltjes komen dan haak ik al snel af en ondernemers ook. Dat is het begin van het einde volgens mij. MKB-ers moeten de vrijheid hebben om zelf invulling te geven aan MVO en het moet niet worden ingekaderd door de overheid.”

“Ik zie dat veel bedrijven moe zijn als de term duurzaamheid genoemd wordt”, stelt Frans Wolffenbuttel van Wolffenbuttel Duurzaam Advies Centrum. “Ik gebruik het zelf ook maar wat dat precies inhoudt, is voor veel bedrijven niet echt duidelijk. Het is een term die een verkeerde klank heeft gekregen. Ik denk dat mensen de weg kwijt raken doordat er zomaar ergens een naam op wordt geplakt.”

Bij MVO denken de meeste ondernemers gelijk aan ‘groen’ terwijl ze ook maatschappelijk veel kunnen betekenen. (Denk aan sponsoring, goede doelen, etc)

“Ik denk dat de maatschappelijke factor wel wat wordt ondergesneeuwd door natuur en milieu”, zegt Godthelp. “De Rabobank heeft geen aandeelhouders en betaalt dus geen dividend uit aan aandeelhouders zoals andere banken. Maar wij reserveren jaarlijks een deel van de winst die we uitkeren als dividend aan de samenleving. Dat gaat naar regionale projecten. Iedereen kan er een beroep op doen en je ziet het gelijk terug als een stukje betrokkenheid bij de samenleving.”

Ook Kooiker vindt dat maatschappelijke betrokkenheid bij MVO hoort. “De term is heel breed en gaat verder dan bijvoorbeeld het aantal vrachtwagenbewegingen terugdringen door samen in te kopen. Het gaat ook om goed personeelsbeleid en je medewerkers blijven ontwikkelen, maar ook het aannemen van mensen met een beperking. Ik denk dat bedrijven daar zelf goed invulling aan kunnen geven. Als je duurzaam inkoopt is dat niet meer waard dan wanneer je op een andere manier duurzaam of maatschappelijk bezig bent. Bij aanbestedingen moet je dan ook naar het hele palet kijken worden en niet alleen naar de prijs.”

Aanbestedingen bij de overheid moeten duurzaam zijn, maar Wolffenbuttel weet dat de prijs vaak wel de doorslag geeft. “In het aanbestedingsverhaaltje wordt wel van een bedrijf verwacht dat ze iets meenemen van duurzaamheid, maar onder de streep gaat het om de prijs. Ik vind dat je verder moet kijken dan dat en op de lange termijn moet denken. Nu kan iets duurder zijn in aankoop, maar wat levert het je op over een jaar of twintig? Dat wordt vaak niet meegenomen.”

“We zijn in een fase waarin we heel bewust bezig zijn met MVO en daar zit vaak ook een verdienmodel aan vast”, zegt Eshuis. “Over een paar jaar zijn duurzaamheid en maatschappelijke verantwoordelijkheid gewoon geworden en doet iedereen het onbewust. Dan kan je veel beter vergelijken en kan de prijs weer een belangrijk punt worden omdat iedereen duurzaam bezig is. Je moet citroenen met citroenen vergelijken en daar zit nu nog wel discussie.”

MVO moet worden gestimuleerd door de overheid, anders krijg je nooit een draagvlak voor duurzaamheid.

Kooiker ziet daar niet zoveel in. De overheid moet eerst zelf een duurzamer beleid voeren Regelgeving werkt volgens haar niet. “Regeltjes en wetgeving zullen eerder het verkeerde effect hebben. Ik vind dat de vraag juist vanuit de maatschappij moet komen. Natuurlijk is stimulering van een duurzamer beleid door de overheid wel mooi. De vraag naar duurzame producten neemt vanzelf toe bij consumenten en dat bedrijven en ondernemers doen er daarom goed aan om daar in te investeren.”

Pors sluit zich bij die mening aan: “Ik denk ook dat regeltjes het niet gaan worden. De overheid kan wel helpen door stimulerende maatregelen te treffen door bijvoorbeeld belastingvoordeel te geven.”

Eshuis denkt dat regelgeving in beginsel wel kan helpen om mensen bewuster te maken. Hij is van mening dat de regels niet overvloedig moeten worden toegepast en tijdig moeten stoppen als het effect bereikt is. “Tijdelijke regels werken heel goed en zijn vaak zeer succesvol. Als je bijvoorbeeld subsidie geeft aan bedrijven of particulieren, dan wordt het bewustzijn geprikkeld. De regeling moet er weer mee stoppen als het trucje is geleerd en iedereen er onbewust mee verder gaat.”

Een economische prikkel ziet Godthelp ook wel zitten. Het blijft wel afhankelijk in hoeverre een bedrijf investeringen kan blijven doen in duurzame maatregelen. “Bij de Rabobank zit als het ware MVO in ons DNA. Dan is het misschien wat makkelijker om daar aandacht aan te geven. Ik kan me voorstellen dat bedrijven die in zwaar weer zitten, de prioriteit niet leggen bij MVO om dat actief op te pakken.”

Wolffenbuttel ziet toch wel wat problemen bij stimulerende maatregelen. Er staan grote bezuinigingsoperaties voor de deur en het subsidiepotje is leeg. “Subsidies worden heel veel teruggeschroefd. Kijk naar MVO Nederland, het is opgericht door de overheid met subsidie, maar moet zich snel zelf kunnen bedruipen. Ik denk dus dat bedrijven er zelf meer aan moeten gaan doen en zelf het initiatief nemen.”

Aan een duurzaam beleid liggen altijd commerciële motieven ten grondslag.

“Elk bedrijf is commercieel bezig en als je duurzaamheid goed op de markt kan zetten, waarom zou je er dan geen profijt van mogen hebben”, vraagt Wolffenbuttel zich af.

Pors ziet dat duurzaamheid en commerciële motieven elkaar niet hoeven uit te sluiten. “Je moet er juist gebruik van maken. Als je duurzaam bent op welke manier dan ook, neem het mee en communiceer het naar buiten toe. Voor ondernemers zit er een ethisch kantje aan omdat je graag duurzaam wil zijn, het moet uit je hart komen. Goed ondernemerschap is een stukje normen en waarden en je voelt je er goed bij. Zolang MVO goed is beargumenteerd, dan heb ik geen problemen met commerciële doelen. In de persberichten die ik voor bedrijven schrijf, zit regelmatig een stukje duurzaamheid en MVO.”

Kooiker: “Je moet wel verder kunnen kijken dan de hele snelle winst. MVO gaat over een langere termijn en wat je er als bedrijf voor terug krijgt. De ondernemers die ik spreek die goed met duurzaamheid bezig zijn, vertellen dat ze ook beter tegen een stootje kunnen. Veel van deze bedrijven hebben minder last van de crisis bijvoorbeeld. Je stopt er veel in en dat levert op lange termijn een duurzaam bedrijf op.”

Eshuis denkt dat het juist nu van belang is om duurzaamheid in de markt te zetten en er als bedrijf je voordeel mee te doen. “Nu is iedereen nog heel bewust met MVO bezig. Straks is duurzaamheid zo gewoon dat iedereen er mee bezig is, dan heeft het geen toegevoegde waarde meer. Ik denk dat bedrijven het nu moeten gebruiken in hun marketing en zichzelf op deze manier positief kunnen onderscheiden. Andere bedrijven zien dan vanzelf dat het ook commercieel interessant is en gaan met die stroom mee. Ik denk dat zo het mes aan meerdere kanten snijdt.”

“Ik hoorde pas de kreet; het hoort, het moet en het loont”, zegt Godthelp als laatste. “We vinden dat het hoort om duurzaam te ondernemen en het moet ook omdat veel bedrijven en de overheid het van je verwachten. Het loont omdat je nu onderscheidend bent als MVO-onderneming. Dat gaat er wel vanaf als het standaard is geworden. Maar de termen zijn een mooie kapstok voor de ondernemer.”

Tips & Tricks

Peter Pors: “Kort maar krachtig; be good and tell it! Zet eerst je organisatie goed op de rit met MVO en vertel het dan aan iedereen, via je site, social media en tijdens het netwerken.”

Corné Eshuis: “Onderzoek welke zaken je per ongeluk al “goed” doet en communiceer dat ook. Werk vervolgens, samen met anderen, aan de duurzame zaken die je nog niet deed.”

Jan Godthelp: “Bouw aan duurzame relaties en zorg dat je elkaar opzoekt en van elkaar leert.”

Vian Kooiker: “Je moet vooral leren van je buurman. Het kan heel dichtbij zijn en kijk daar eens achter de voordeur.”

Frans Wolffenbuttel: “Verkondig niet alleen dat je MVO bent, maar gedraag je er ook naar.”

vallei business | nummer 6 | januari 2011

Stichting Vrienden Ziekenhuis Gelderse Vallei wil al haar bedrijfsvrienden bedanken. Zij zorgen ervoor dat onze projecten gerealiseerd kunnen worden.

ABN AMRO Bank NV - B.V. Edese Beton Centrale EBC Groep - Baby Max Veenendaal - Barten Tiemessen ERA Makelaars BV Wageningen - BDO CampsObers Accountants & Belastingadviseurs BV Ede - Bennekomse Apotheek - Besam Nederland BV Ede - Biotronik Nederland BV Nijmegen - Boekhandel Van Kooten Veenendaal - Bouwbedrijf Grootheest BV Bennekom - Bouwbedrijf Van Driesten Harskamp - Bouwbedrijf Van Swaay Wageningen - Bouwinvest Amsterdam - Broekhuis Ede - Broekhuis Hardewijk - Busser Publicity Arnhem - Chroma Ate Europe B.V. - Cornelissen Keuken/Sanitaircentrum Veenendaal - Cunera BV - Cuperus Ede BV - De Haas verkeerstechniek - De heer W. van der Meijden - De Maes Gastvrij - De Nieuwe Coster BV Ede - De Panorama-Hoeve Bennekom - Deurwaarderkantoor Schuman Ede - Donkervoort Advies Veenendaal - Employée Benefits Bureau Gelderse Vallei Ede - Exploitatiemaatschappij Wageningse Eng Wageningen - Frouws drukkerij - Fydro Ede - GlaxoSmithKline Zeist - Group 4 Securicor - GUS beveiliging BV - H.S.J. Vermeulen Trading Terschuur - Hartman Tweewieler Centrum Bennekom - Horen Audiciëns Veenendaal - Hoveniersbedrijf ‘t Wencop BV Barneveld - ING-Bank Rayon de Vallei Ede - Interiorinput - ISS Hospital Services Utrecht - ITN instalatiethechniek - Jeeves B.V. - JK Vloerverwarming - Jottum Kinderdagverblijf Ede - Jus et Veritas Ede - Kinderdagverblijf Rozengeur & Maneschijn Bennekom - Koninklijke Ginkel Groep BV Veenendaal - Kuiper & Zonen Ede - Lansing Telecom Veenendaal - Leewis Veenendaal Holding BV - Lunimpex BV - MARIN - Maxstein tweewielers - Menzis Enschede - NBM Capital BV - Notariskantoor P. van der Kolk - Notariskantoor Posthuma & Schutte Ede - Notariskantoor van Putten Van Apeldoorn Ede - Office Wageningen - Patisserie Van Woerekom Bennekom - Praktijk voor oefentherapie-mensendieck - Praktijk voor osteopathie Bennekom - Rabobank Vallei en Rijn - Restaurant Rijkskamer - Schenker BV Ede - Scholten verlichting Ede - Seres Accountants en Belastingadviseurs Bennekom - Stallergenes B.V. - Stargroup BV Ede - Stern auto BV - Tandartsenpraktijk Looijen - Thijs van Hunnik Vastgoed BV - Twynstra Gudde Doorwerth - V.O.F. Cluistra aanhangwagens Veenendaal - Vallei Autogroep Veenendaal - Van de Bunt NVM Makelaars b.v. - Van den Berg installateurs - Van Lotringen Advocatenkantoor Ede - Van Vliet Automobielbedrijven BV Nieuwekerk a/d IJsel - Van Zandschulp assurantien Bennekom - Vermaat IJselstein - Waaijenberg Verhuizers BV Ede - Wegener Media BV - Westermeijer Groep Arnhem - Wijnveen BV Wageningen - Wings Events BV Ede - Wooncentrum Van Ekeris Veenendaal - Zantinge Bolluijt BV Ede - Zitcomfort-Bennekom - PPD

Zij maakten onder meer de volgende

projecten mogelijk:

- Inrichting van een familiekamer op de afdeling chirurgie

- Infuuspalen en speelgoed voor de kinderafdeling

- Laptops en TV’s voor de afdelingen intensive care en

medium care.

MVO

MVO: Meerwaarde Voor Organisaties

Voor velen is duurzaam/maatschappelijk verantwoord ondernemen nog steeds iets nieuws, iets waar men ooit wel eens mee wil beginnen. Het ‘waarom’ is inmiddels wel doorgedrongen tot de beslissers binnen die organisaties, het ‘hoe’ is nog niet helemaal helder.

Al is de trend - of liever: de noodzaak voor - duurzaam/maatschappelijk verantwoord ondernemen enigszins naar de achtergrond gedrongen door de economische crisis, het blijft een actueel thema. En dat is het al bijna vijftig jaar! In 1953 schreef H. Bowen namelijk een boek met als titel ‘Social responsibility of businessmen’, wat leidde tot de term ‘Corporate social responsability’ (CSR, oftewel Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen). Niet toevallig formuleerde de oprichter van Herman Miller, D.J. DePree in dat zelfde jaar de mission statement van zijn bedrijf, waarin hij beloofde een goede ‘beheerder’ te zijn voor het milieu.

Verandering

Waarom zou je eigenlijk aan MVO gaan doen met je organisatie? De rol van de zakenwereld is aan het veranderen, net zoals de gehele wereld om ons heen verandert. Ondernemingen realiseren zich meer en meer dat ze zich niet alleen maar moeten focussen op hun winstmarge. Ze moeten zich bewust worden van hun verantwoordelijkheid naar hun omgeving, de maatschappij waarin ze opereren - om te kunnen voldoen aan de verwachtingen van hun stakeholders.

Uit een onderzoek, gehouden in 2008 in Amerika, bleek dat maar liefst 79 procent van de ruim 1.000 ondervraagde personen bereid was van merk te wisselen (bij gelijke prijs en kwaliteit) als het nieuwe merk een bepaalde maatschappelijke betrokkenheid had. Maar het zijn niet alleen de consumenten die liever producten van een MVO-merk aanschaffen: de inspanningen op het gebied van milieu en maatschappij zijn belangrijke voorwaarden geworden voor potentiële investeerders, vrijwel even belangrijk als de financiële prestaties van een onderneming. Bovendien blijkt uit allerlei onderzoeken dat werknemers van bedrijven die zich gecommitteerd hebben aan MVO, een veel grotere loyaliteit jegens hun werkgever hebben en meeprofiteren van de betere reputatie.

Als gevolg van die betrokkenheid kan een op MVO gebaseerde strategie ervoor zorgen dat de winsten van een organisatie groter worden omdat ze manieren aanreiken om hun kosten terug te brengen (energie, bijvoorbeeld). MVO is een cruciaal managementtool geworden dat er voor zorgt dat organisaties hun beslissingen op andere motieven baseren.

Ommezwaai

Het probleem is echter: hoe zorg je in je organisatie voor een ommezwaai naar een op MVO-principes gebaseerde handelwijze? Vaak moet de gehele manier van werken worden aangepast, evenals de mentaliteit van alle medewerkers. Maatschappelijke verantwoordelijkheid moet in de hele organisatie doordringen, niet alleen bij de leiding of bij de productieafdeling. Met name de leiding zal in eerste instantie zeggen: leuk dat MVO, maar wat schieten wij er financieel mee op? Het antwoord op die vraag kan inmiddels als volgt worden geformuleerd: meer winst, lagere kosten, grotere integriteit (imago!) en, het belangrijkste: tevreden medewerkers.

Beschouw het omvormen van de organisatie als een proces dat uitzicht zal bieden op risico’s en kansen waar je van tevoren nooit aan gedacht zou hebben. Bovendien kun je, door een degelijke MVO-strategie te implementeren, je organisatie efficiënter managen en op die manier een voorsprong behalen op de concurrentie.

De beste manier om die MVO-omvorming in gang te zetten, is om binnen de organisatie één persoon (of een team/werkgroep) aan te stellen die het proces moet initiëren, begeleiden en sturen. In het ideale geval is dat team samengesteld uit vertegenwoordigers van alle afdelingen, zodat de gehele organisatie erbij betrokken is. Zij moeten hun directe collega’s niet alleen weten te overtuigen van het nut (en de noodzaak) van een MVO-instelling, maar hen ook op de hoogte houden van de ontwikkelingen op andere afdelingen – en zo de voortgang in en door het gehele bedrijf communiceren. Zo kunnen ideeën die één afdeling bedenkt, nuttig zijn voor andere afdelingen.

Als de ‘eigen’ mensen eenmaal overtuigd zijn, kan de volgende stap worden genomen: de gezinsleden van de medewerkers. Vervolgens kan de leveranciers worden gevraagd naar hun activiteiten op MVO-gebied, en daarna de directe maatschappelijke omgeving van de organisatie.

Enkele suggesties:

- Overtuig de directie van het nut en de voordelen van een MVO-beleid.

- Stel een persoon aan die de implementatie van het MVO-beleid gaat sturen. Vraag hem of haar om regelmatig voortgangsmemo’s rond te sturen.

- Betrek de voornaamste stakeholders bij het proces.

- Maak een inventarisatie van reeds genomen maatregelen en initiatieven (zoals ISO9000, ISO 14000 of andere normen en standaarden).

- Laat de medewerkers actief meedenken over en meedoen aan MVO-projecten.

- Wijd een gedeelte van de website van de organisatie aan de MVO-initiatieven en -projecten.

- Breng elk jaar een verslag uit van de MVO-activiteiten van je organisatie: wat is bereikt, wat zijn de volgende doelen? Lever dit verslag aan bij zowel de eigen mensen als alle stakeholders.

- Blijf vragen om suggesties en ideeën.

Opzetjes

Hoe maak je nu een selectie van al die ideeën en suggesties? We geven enkele opzetjes:

- Personeelsbeleid. Heeft de organisatie een verlicht beleid als het gaat om indienstneming, opleiding, gezondheid, veiligheid en welbevinden van het personeel? Dit zou een goed begin zijn: tevreden medewerkers willen graag meedenken over verdere verbeteringen in de organisatie.

- Marketing. Bouwt de organisatie duurzame relaties op met de klanten in het bijzonder en het publiek in het algemeen door (minimaal) te voldoen aan de verwachtingen die de klanten van de organisatie hebben?

- Milieu. Doet de organisatie wel iets aan duurzaamheid en verantwoord gebruik van energie en grondstoffen? Worden bijvoorbeeld alle blikjes van de frisdranken, het glas, het papier en het plastic gerecycled? Een verantwoord milieubeleid kan de kosten omlaag brengen en de bedrijfsprocessen verbeteren.

- Omgeving. Is de organisatie een ‘goede buur’? Speelt hij een actieve en constructieve rol in de maatschappij en de directe omgeving? Dat kan op heel veel manieren, van de aanleg van een trapveldje tot het sponsoren van een buurtfeest.

- Collega-ondernemers. Praat met collega-ondernemers en de gemeente, en overleg wat eventueel gezamenlijk kan worden gedaan, op een grotere schaal. Van hen kun je ook goede ideeën overnemen.

Goede ideeën

1. Groene agenda: Veel landen hebben inmiddels een groene agenda opgesteld, waarom zouden organisaties dat dan niet doen? Uit recent onderzoek in het Verenigd Koninkrijk is gebleken dat gemiddeld 20 procent van hun energieverbruik van ondernemingen te wijten is aan verspilling. Zuiniger (verstandiger) omgaan met energie is dus een noodzaak, geen luxe.

Het is al vaker gezegd: als je ‘s avonds van kantoor weggaat, zet dan je PC en de monitor uit en doe alle lichten uit. Eigenlijk verbazingwekkend hoeveel kantoorverlichting er ’s nachts nog brandt terwijl er geen mens meer aanwezig is. Maar ook hoe weinig men nog gebruik maakt van energiezuinige LED-verlichting, dubbelzijdig afdrukken, zwart-wit printen waar maar enigszins mogelijk, in kleur afdrukken ontmoedigen. Carpoolen van de medewerkers bevorderen, een fietsplan instellen, vergaderen tot een minimum beperken en indien mogelijk, aan videoconferencing te doen. De lijst van mogelijkheden is heel erg lang.

2. Zorg voor meer betrokkenheid bij het personeel. De communicatie met de medewerkers is nog nooit zo belangrijk geweest. Zorg dat ze het gevoel hebben, deel uit te maken van een langetermijnoplossing, en niet dat ze een kortetermijn probleem zijn. Zorg er ook voor dat ze trots zijn op hun organisatie: hou hen op de hoogte van alle ontwikkelingen binnen en buiten de organisatie, zodat ze anderen (externen) daarover kunnen vertellen. Doordring hen ook van het belang van een MVO-beleid, zowel voor de organisatie als henzelf en de gehele maatschappij. Dring er bij de managers op aan, open te zijn over alle projecten, ontwikkelingen en initiatieven op het gebied van MVO in de organisatie. Laat hen ook praten over mislukte projecten, en de redenen voor die mislukking. In elk kantoor is een tam-tam, en geruchten zijn moeilijk te ontzenuwen. Slecht nieuws gaat sneller dan goed nieuws, en je zult er van staan te kijken wat het schoonmaakpersoneel allemaal ‘weet’.

3. Koppel MVO altijd aan je zakelijke doelstellingen. Zorg dat in elke communicatie met externen het MVO-beleid wordt genoemd en geroemd. Presenteer het beleid als een win-win situatie. Op elk terrein waarop je organisatie actief is, dient een zakelijk voordeel van MVO te worden gerealiseerd, anders is het niet duurzaam.

4. Laat MVO een vast onderdeel uitmaken van het imago van je organisatie. Zorg dat de medewerkers actief deelnemen aan diverse MVO-activiteiten en beloon ze als ze zich daar vrijwillig voor aanmelden. Als je organisatie zich zeer betrokken toont bij de directe omgeving, kan dat veel voordelen voor de organisatie opleveren. Dit heeft een positief effect op de merknaam-waarde, de motivatie bij de medewerkers vergroten, en de organisatie aantrekkelijker maken voor nieuwe medewerkers. Een slecht imago (niet-MVO) kan er voor zorgen dat klanten en gewaardeerde medewerkers weglopen.

5. Laat je medewerkers als ambassadeurs fungeren voor je organisatie. Als je bovenstaande suggesties hebt opgevolgd, weten ze precies wat er binnen het bedrijf aan de hand is op MVO-gebied. Zorg dat ze dit ook naar buiten toe uitdragen.

6. Waardeer en beloon je medewerkers. Erken hun inspanningen op het gebied van MVO-activiteiten. Laat eventuele bonussen niet alleen afhangen van omzet, maar ook van dergelijke inspanningen. Het blijkt keer op keer dat ervaren en goede mensen hun talenten elders gaan ontplooien als ze zich niet gewaardeerd en erkend voelen.

7. Informeer de externe stakeholders. Investeerders zien MVO nog steeds vaak als een al of niet verborgen kostenpost. Gewoonlijk is het tegenovergestelde waar. Een verlichte HR-praktijk kan helpen bij het besparen op kosten voor tijdelijk personeel, en bij het aantrekken en behouden van betrokken mensen. Milieumaatregelen leveren je in ieder geval geld op - en een goed imago.

8. Vier successen. Als een MVO-project succesvol wordt afgesloten, vier dat dan niet alleen met de betrokken mensen, maar met het gehele bedrijf. En natuurlijk breng je de buitenwacht hiervan op de hoogte.

Wat je niet zou moeten doen:

1. Loze gebaren maken. MVO is geen liefdadigheid. Een jaarlijkse gift van een paar duizend euro aan een goed doel wordt gewaardeerd, maar het is geen MVO.

2. Jaar na jaar vasthouden aan dezelfde programma’s. Zorg voor variatie in je doelstellingen (pas ze aan de dynamiek van de organisatie aan, of aan externe ontwikkelingen) en leer van je fouten.

3. Geld is niet alles. MVO gaat meer over het delen van vaardigheden en tijd, dan over het geven van geld. Zoek naar projecten waarbij de kennis en vaardigheden van de medewerkers wordt gevraagd, en niet hun financiële bijdrage.

Belangrijkste voordelen van een MVO-bewust beleid

- Verbetering van de reputatie van het bedrijf, zowel bij eigen personeel als bij externen.

- Verhoging van de productiviteit dankzij verbeterde innovatie en efficiëntie.

- Bredere klantenbasis dankzij ethisch verantwoord milieubeleid

- Motivatie van de medewerkers en een betere onderlinge verstandhouding

- Aantrekken van goed personeel

- Grotere tevredenheid bij de leiding en de medewerkers

De conclusie die mag worden getrokken, is dat Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen geen hype of voorbijgaande trend is. Het is juist gericht op de lange termijn, op groei en de toekomst van ondernemingen. Daarnaast kost het echt niet zo veel om een eerlijk, verantwoordelijk beleid te voeren. Met het implementeren van dergelijk beleid in je organisatie (ongeacht de grootte van de organisatie) maak je je bedrijf meer winstgevend en beter voor de mensen die er voor werken of er kopen, de directe omgeving en het milieu. Door rekening te houden met de economische, milieutechnische en maatschappelijke impact van je bedrijfsstrategieën draag je bij aan een betere maatschappij en een gezondere planeet. Alles wat je nodig hebt om een goed MVO-beleid te starten, is de wil om het verschil te maken en enige vastberadenheid om het door te zetten.

vallei business | nummer 6 | januari 2011

Al is de trend - of liever: de noodzaak voor - duurzaam/maatschappelijk verantwoord ondernemen enigszins naar de achtergrond gedrongen door de economische crisis, het blijft een actueel thema. En dat is het al bijna vijftig jaar! In 1953 schreef H. Bowen namelijk een boek met als titel ‘Social responsibility of businessmen’, wat leidde tot de term ‘Corporate social responsability’ (CSR, oftewel Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen). Niet toevallig formuleerde de oprichter van Herman Miller, D.J. DePree in dat zelfde jaar de mission statement van zijn bedrijf, waarin hij beloofde een goede ‘beheerder’ te zijn voor het milieu.

Verandering

Waarom zou je eigenlijk aan MVO gaan doen met je organisatie? De rol van de zakenwereld is aan het veranderen, net zoals de gehele wereld om ons heen verandert. Ondernemingen realiseren zich meer en meer dat ze zich niet alleen maar moeten focussen op hun winstmarge. Ze moeten zich bewust worden van hun verantwoordelijkheid naar hun omgeving, de maatschappij waarin ze opereren - om te kunnen voldoen aan de verwachtingen van hun stakeholders.

Uit een onderzoek, gehouden in 2008 in Amerika, bleek dat maar liefst 79 procent van de ruim 1.000 ondervraagde personen bereid was van merk te wisselen (bij gelijke prijs en kwaliteit) als het nieuwe merk een bepaalde maatschappelijke betrokkenheid had. Maar het zijn niet alleen de consumenten die liever producten van een MVO-merk aanschaffen: de inspanningen op het gebied van milieu en maatschappij zijn belangrijke voorwaarden geworden voor potentiële investeerders, vrijwel even belangrijk als de financiële prestaties van een onderneming. Bovendien blijkt uit allerlei onderzoeken dat werknemers van bedrijven die zich gecommitteerd hebben aan MVO, een veel grotere loyaliteit jegens hun werkgever hebben en meeprofiteren van de betere reputatie.

Als gevolg van die betrokkenheid kan een op MVO gebaseerde strategie ervoor zorgen dat de winsten van een organisatie groter worden omdat ze manieren aanreiken om hun kosten terug te brengen (energie, bijvoorbeeld). MVO is een cruciaal managementtool geworden dat er voor zorgt dat organisaties hun beslissingen op andere motieven baseren.

Ommezwaai

Het probleem is echter: hoe zorg je in je organisatie voor een ommezwaai naar een op MVO-principes gebaseerde handelwijze? Vaak moet de gehele manier van werken worden aangepast, evenals de mentaliteit van alle medewerkers. Maatschappelijke verantwoordelijkheid moet in de hele organisatie doordringen, niet alleen bij de leiding of bij de productieafdeling. Met name de leiding zal in eerste instantie zeggen: leuk dat MVO, maar wat schieten wij er financieel mee op? Het antwoord op die vraag kan inmiddels als volgt worden geformuleerd: meer winst, lagere kosten, grotere integriteit (imago!) en, het belangrijkste: tevreden medewerkers.

Beschouw het omvormen van de organisatie als een proces dat uitzicht zal bieden op risico’s en kansen waar je van tevoren nooit aan gedacht zou hebben. Bovendien kun je, door een degelijke MVO-strategie te implementeren, je organisatie efficiënter managen en op die manier een voorsprong behalen op de concurrentie.

De beste manier om die MVO-omvorming in gang te zetten, is om binnen de organisatie één persoon (of een team/werkgroep) aan te stellen die het proces moet initiëren, begeleiden en sturen. In het ideale geval is dat team samengesteld uit vertegenwoordigers van alle afdelingen, zodat de gehele organisatie erbij betrokken is. Zij moeten hun directe collega’s niet alleen weten te overtuigen van het nut (en de noodzaak) van een MVO-instelling, maar hen ook op de hoogte houden van de ontwikkelingen op andere afdelingen – en zo de voortgang in en door het gehele bedrijf communiceren. Zo kunnen ideeën die één afdeling bedenkt, nuttig zijn voor andere afdelingen.

Als de ‘eigen’ mensen eenmaal overtuigd zijn, kan de volgende stap worden genomen: de gezinsleden van de medewerkers. Vervolgens kan de leveranciers worden gevraagd naar hun activiteiten op MVO-gebied, en daarna de directe maatschappelijke omgeving van de organisatie.

Enkele suggesties:

- Overtuig de directie van het nut en de voordelen van een MVO-beleid.

- Stel een persoon aan die de implementatie van het MVO-beleid gaat sturen. Vraag hem of haar om regelmatig voortgangsmemo’s rond te sturen.

- Betrek de voornaamste stakeholders bij het proces.

- Maak een inventarisatie van reeds genomen maatregelen en initiatieven (zoals ISO9000, ISO 14000 of andere normen en standaarden).

- Laat de medewerkers actief meedenken over en meedoen aan MVO-projecten.

- Wijd een gedeelte van de website van de organisatie aan de MVO-initiatieven en -projecten.

- Breng elk jaar een verslag uit van de MVO-activiteiten van je organisatie: wat is bereikt, wat zijn de volgende doelen? Lever dit verslag aan bij zowel de eigen mensen als alle stakeholders.

- Blijf vragen om suggesties en ideeën.

Opzetjes

Hoe maak je nu een selectie van al die ideeën en suggesties? We geven enkele opzetjes:

- Personeelsbeleid. Heeft de organisatie een verlicht beleid als het gaat om indienstneming, opleiding, gezondheid, veiligheid en welbevinden van het personeel? Dit zou een goed begin zijn: tevreden medewerkers willen graag meedenken over verdere verbeteringen in de organisatie.

- Marketing. Bouwt de organisatie duurzame relaties op met de klanten in het bijzonder en het publiek in het algemeen door (minimaal) te voldoen aan de verwachtingen die de klanten van de organisatie hebben?

- Milieu. Doet de organisatie wel iets aan duurzaamheid en verantwoord gebruik van energie en grondstoffen? Worden bijvoorbeeld alle blikjes van de frisdranken, het glas, het papier en het plastic gerecycled? Een verantwoord milieubeleid kan de kosten omlaag brengen en de bedrijfsprocessen verbeteren.

- Omgeving. Is de organisatie een ‘goede buur’? Speelt hij een actieve en constructieve rol in de maatschappij en de directe omgeving? Dat kan op heel veel manieren, van de aanleg van een trapveldje tot het sponsoren van een buurtfeest.

- Collega-ondernemers. Praat met collega-ondernemers en de gemeente, en overleg wat eventueel gezamenlijk kan worden gedaan, op een grotere schaal. Van hen kun je ook goede ideeën overnemen.

Goede ideeën

1. Groene agenda: Veel landen hebben inmiddels een groene agenda opgesteld, waarom zouden organisaties dat dan niet doen? Uit recent onderzoek in het Verenigd Koninkrijk is gebleken dat gemiddeld 20 procent van hun energieverbruik van ondernemingen te wijten is aan verspilling. Zuiniger (verstandiger) omgaan met energie is dus een noodzaak, geen luxe.

Het is al vaker gezegd: als je ‘s avonds van kantoor weggaat, zet dan je PC en de monitor uit en doe alle lichten uit. Eigenlijk verbazingwekkend hoeveel kantoorverlichting er ’s nachts nog brandt terwijl er geen mens meer aanwezig is. Maar ook hoe weinig men nog gebruik maakt van energiezuinige LED-verlichting, dubbelzijdig afdrukken, zwart-wit printen waar maar enigszins mogelijk, in kleur afdrukken ontmoedigen. Carpoolen van de medewerkers bevorderen, een fietsplan instellen, vergaderen tot een minimum beperken en indien mogelijk, aan videoconferencing te doen. De lijst van mogelijkheden is heel erg lang.

2. Zorg voor meer betrokkenheid bij het personeel. De communicatie met de medewerkers is nog nooit zo belangrijk geweest. Zorg dat ze het gevoel hebben, deel uit te maken van een langetermijnoplossing, en niet dat ze een kortetermijn probleem zijn. Zorg er ook voor dat ze trots zijn op hun organisatie: hou hen op de hoogte van alle ontwikkelingen binnen en buiten de organisatie, zodat ze anderen (externen) daarover kunnen vertellen. Doordring hen ook van het belang van een MVO-beleid, zowel voor de organisatie als henzelf en de gehele maatschappij. Dring er bij de managers op aan, open te zijn over alle projecten, ontwikkelingen en initiatieven op het gebied van MVO in de organisatie. Laat hen ook praten over mislukte projecten, en de redenen voor die mislukking. In elk kantoor is een tam-tam, en geruchten zijn moeilijk te ontzenuwen. Slecht nieuws gaat sneller dan goed nieuws, en je zult er van staan te kijken wat het schoonmaakpersoneel allemaal ‘weet’.

3. Koppel MVO altijd aan je zakelijke doelstellingen. Zorg dat in elke communicatie met externen het MVO-beleid wordt genoemd en geroemd. Presenteer het beleid als een win-win situatie. Op elk terrein waarop je organisatie actief is, dient een zakelijk voordeel van MVO te worden gerealiseerd, anders is het niet duurzaam.

4. Laat MVO een vast onderdeel uitmaken van het imago van je organisatie. Zorg dat de medewerkers actief deelnemen aan diverse MVO-activiteiten en beloon ze als ze zich daar vrijwillig voor aanmelden. Als je organisatie zich zeer betrokken toont bij de directe omgeving, kan dat veel voordelen voor de organisatie opleveren. Dit heeft een positief effect op de merknaam-waarde, de motivatie bij de medewerkers vergroten, en de organisatie aantrekkelijker maken voor nieuwe medewerkers. Een slecht imago (niet-MVO) kan er voor zorgen dat klanten en gewaardeerde medewerkers weglopen.

5. Laat je medewerkers als ambassadeurs fungeren voor je organisatie. Als je bovenstaande suggesties hebt opgevolgd, weten ze precies wat er binnen het bedrijf aan de hand is op MVO-gebied. Zorg dat ze dit ook naar buiten toe uitdragen.

6. Waardeer en beloon je medewerkers. Erken hun inspanningen op het gebied van MVO-activiteiten. Laat eventuele bonussen niet alleen afhangen van omzet, maar ook van dergelijke inspanningen. Het blijkt keer op keer dat ervaren en goede mensen hun talenten elders gaan ontplooien als ze zich niet gewaardeerd en erkend voelen.

7. Informeer de externe stakeholders. Investeerders zien MVO nog steeds vaak als een al of niet verborgen kostenpost. Gewoonlijk is het tegenovergestelde waar. Een verlichte HR-praktijk kan helpen bij het besparen op kosten voor tijdelijk personeel, en bij het aantrekken en behouden van betrokken mensen. Milieumaatregelen leveren je in ieder geval geld op - en een goed imago.

8. Vier successen. Als een MVO-project succesvol wordt afgesloten, vier dat dan niet alleen met de betrokken mensen, maar met het gehele bedrijf. En natuurlijk breng je de buitenwacht hiervan op de hoogte.

Wat je niet zou moeten doen:

1. Loze gebaren maken. MVO is geen liefdadigheid. Een jaarlijkse gift van een paar duizend euro aan een goed doel wordt gewaardeerd, maar het is geen MVO.

2. Jaar na jaar vasthouden aan dezelfde programma’s. Zorg voor variatie in je doelstellingen (pas ze aan de dynamiek van de organisatie aan, of aan externe ontwikkelingen) en leer van je fouten.

3. Geld is niet alles. MVO gaat meer over het delen van vaardigheden en tijd, dan over het geven van geld. Zoek naar projecten waarbij de kennis en vaardigheden van de medewerkers wordt gevraagd, en niet hun financiële bijdrage.

Belangrijkste voordelen van een MVO-bewust beleid

- Verbetering van de reputatie van het bedrijf, zowel bij eigen personeel als bij externen.

- Verhoging van de productiviteit dankzij verbeterde innovatie en efficiëntie.

- Bredere klantenbasis dankzij ethisch verantwoord milieubeleid

- Motivatie van de medewerkers en een betere onderlinge verstandhouding

- Aantrekken van goed personeel

- Grotere tevredenheid bij de leiding en de medewerkers

De conclusie die mag worden getrokken, is dat Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen geen hype of voorbijgaande trend is. Het is juist gericht op de lange termijn, op groei en de toekomst van ondernemingen. Daarnaast kost het echt niet zo veel om een eerlijk, verantwoordelijk beleid te voeren. Met het implementeren van dergelijk beleid in je organisatie (ongeacht de grootte van de organisatie) maak je je bedrijf meer winstgevend en beter voor de mensen die er voor werken of er kopen, de directe omgeving en het milieu. Door rekening te houden met de economische, milieutechnische en maatschappelijke impact van je bedrijfsstrategieën draag je bij aan een betere maatschappij en een gezondere planeet. Alles wat je nodig hebt om een goed MVO-beleid te starten, is de wil om het verschil te maken en enige vastberadenheid om het door te zetten.

vallei business | nummer 6 | januari 2011

Al is de trend - of liever: de noodzaak voor - duurzaam/maatschappelijk verantwoord ondernemen enigszins naar de achtergrond gedrongen door de economische crisis, het blijft een actueel thema. En dat is het al bijna vijftig jaar! In 1953 schreef H. Bowen namelijk een boek met als titel ‘Social responsibility of businessmen’, wat leidde tot de term ‘Corporate social responsability’ (CSR, oftewel Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen). Niet toevallig formuleerde de oprichter van Herman Miller, D.J. DePree in dat zelfde jaar de mission statement van zijn bedrijf, waarin hij beloofde een goede ‘beheerder’ te zijn voor het milieu.

Verandering

Waarom zou je eigenlijk aan MVO gaan doen met je organisatie? De rol van de zakenwereld is aan het veranderen, net zoals de gehele wereld om ons heen verandert. Ondernemingen realiseren zich meer en meer dat ze zich niet alleen maar moeten focussen op hun winstmarge. Ze moeten zich bewust worden van hun verantwoordelijkheid naar hun omgeving, de maatschappij waarin ze opereren - om te kunnen voldoen aan de verwachtingen van hun stakeholders.

Uit een onderzoek, gehouden in 2008 in Amerika, bleek dat maar liefst 79 procent van de ruim 1.000 ondervraagde personen bereid was van merk te wisselen (bij gelijke prijs en kwaliteit) als het nieuwe merk een bepaalde maatschappelijke betrokkenheid had. Maar het zijn niet alleen de consumenten die liever producten van een MVO-merk aanschaffen: de inspanningen op het gebied van milieu en maatschappij zijn belangrijke voorwaarden geworden voor potentiële investeerders, vrijwel even belangrijk als de financiële prestaties van een onderneming. Bovendien blijkt uit allerlei onderzoeken dat werknemers van bedrijven die zich gecommitteerd hebben aan MVO, een veel grotere loyaliteit jegens hun werkgever hebben en meeprofiteren van de betere reputatie.

Als gevolg van die betrokkenheid kan een op MVO gebaseerde strategie ervoor zorgen dat de winsten van een organisatie groter worden omdat ze manieren aanreiken om hun kosten terug te brengen (energie, bijvoorbeeld). MVO is een cruciaal managementtool geworden dat er voor zorgt dat organisaties hun beslissingen op andere motieven baseren.

Ommezwaai

Het probleem is echter: hoe zorg je in je organisatie voor een ommezwaai naar een op MVO-principes gebaseerde handelwijze? Vaak moet de gehele manier van werken worden aangepast, evenals de mentaliteit van alle medewerkers. Maatschappelijke verantwoordelijkheid moet in de hele organisatie doordringen, niet alleen bij de leiding of bij de productieafdeling. Met name de leiding zal in eerste instantie zeggen: leuk dat MVO, maar wat schieten wij er financieel mee op? Het antwoord op die vraag kan inmiddels als volgt worden geformuleerd: meer winst, lagere kosten, grotere integriteit (imago!) en, het belangrijkste: tevreden medewerkers.

Beschouw het omvormen van de organisatie als een proces dat uitzicht zal bieden op risico’s en kansen waar je van tevoren nooit aan gedacht zou hebben. Bovendien kun je, door een degelijke MVO-strategie te implementeren, je organisatie efficiënter managen en op die manier een voorsprong behalen op de concurrentie.

De beste manier om die MVO-omvorming in gang te zetten, is om binnen de organisatie één persoon (of een team/werkgroep) aan te stellen die het proces moet initiëren, begeleiden en sturen. In het ideale geval is dat team samengesteld uit vertegenwoordigers van alle afdelingen, zodat de gehele organisatie erbij betrokken is. Zij moeten hun directe collega’s niet alleen weten te overtuigen van het nut (en de noodzaak) van een MVO-instelling, maar hen ook op de hoogte houden van de ontwikkelingen op andere afdelingen – en zo de voortgang in en door het gehele bedrijf communiceren. Zo kunnen ideeën die één afdeling bedenkt, nuttig zijn voor andere afdelingen.

Als de ‘eigen’ mensen eenmaal overtuigd zijn, kan de volgende stap worden genomen: de gezinsleden van de medewerkers. Vervolgens kan de leveranciers worden gevraagd naar hun activiteiten op MVO-gebied, en daarna de directe maatschappelijke omgeving van de organisatie.

Enkele suggesties:

- Overtuig de directie van het nut en de voordelen van een MVO-beleid.

- Stel een persoon aan die de implementatie van het MVO-beleid gaat sturen. Vraag hem of haar om regelmatig voortgangsmemo’s rond te sturen.

- Betrek de voornaamste stakeholders bij het proces.

- Maak een inventarisatie van reeds genomen maatregelen en initiatieven (zoals ISO9000, ISO 14000 of andere normen en standaarden).

- Laat de medewerkers actief meedenken over en meedoen aan MVO-projecten.

- Wijd een gedeelte van de website van de organisatie aan de MVO-initiatieven en -projecten.

- Breng elk jaar een verslag uit van de MVO-activiteiten van je organisatie: wat is bereikt, wat zijn de volgende doelen? Lever dit verslag aan bij zowel de eigen mensen als alle stakeholders.

- Blijf vragen om suggesties en ideeën.

Opzetjes

Hoe maak je nu een selectie van al die ideeën en suggesties? We geven enkele opzetjes:

- Personeelsbeleid. Heeft de organisatie een verlicht beleid als het gaat om indienstneming, opleiding, gezondheid, veiligheid en welbevinden van het personeel? Dit zou een goed begin zijn: tevreden medewerkers willen graag meedenken over verdere verbeteringen in de organisatie.

- Marketing. Bouwt de organisatie duurzame relaties op met de klanten in het bijzonder en het publiek in het algemeen door (minimaal) te voldoen aan de verwachtingen die de klanten van de organisatie hebben?

- Milieu. Doet de organisatie wel iets aan duurzaamheid en verantwoord gebruik van energie en grondstoffen? Worden bijvoorbeeld alle blikjes van de frisdranken, het glas, het papier en het plastic gerecycled? Een verantwoord milieubeleid kan de kosten omlaag brengen en de bedrijfsprocessen verbeteren.

- Omgeving. Is de organisatie een ‘goede buur’? Speelt hij een actieve en constructieve rol in de maatschappij en de directe omgeving? Dat kan op heel veel manieren, van de aanleg van een trapveldje tot het sponsoren van een buurtfeest.

- Collega-ondernemers. Praat met collega-ondernemers en de gemeente, en overleg wat eventueel gezamenlijk kan worden gedaan, op een grotere schaal. Van hen kun je ook goede ideeën overnemen.

Goede ideeën

1. Groene agenda: Veel landen hebben inmiddels een groene agenda opgesteld, waarom zouden organisaties dat dan niet doen? Uit recent onderzoek in het Verenigd Koninkrijk is gebleken dat gemiddeld 20 procent van hun energieverbruik van ondernemingen te wijten is aan verspilling. Zuiniger (verstandiger) omgaan met energie is dus een noodzaak, geen luxe.

Het is al vaker gezegd: als je ‘s avonds van kantoor weggaat, zet dan je PC en de monitor uit en doe alle lichten uit. Eigenlijk verbazingwekkend hoeveel kantoorverlichting er ’s nachts nog brandt terwijl er geen mens meer aanwezig is. Maar ook hoe weinig men nog gebruik maakt van energiezuinige LED-verlichting, dubbelzijdig afdrukken, zwart-wit printen waar maar enigszins mogelijk, in kleur afdrukken ontmoedigen. Carpoolen van de medewerkers bevorderen, een fietsplan instellen, vergaderen tot een minimum beperken en indien mogelijk, aan videoconferencing te doen. De lijst van mogelijkheden is heel erg lang.

2. Zorg voor meer betrokkenheid bij het personeel. De communicatie met de medewerkers is nog nooit zo belangrijk geweest. Zorg dat ze het gevoel hebben, deel uit te maken van een langetermijnoplossing, en niet dat ze een kortetermijn probleem zijn. Zorg er ook voor dat ze trots zijn op hun organisatie: hou hen op de hoogte van alle ontwikkelingen binnen en buiten de organisatie, zodat ze anderen (externen) daarover kunnen vertellen. Doordring hen ook van het belang van een MVO-beleid, zowel voor de organisatie als henzelf en de gehele maatschappij. Dring er bij de managers op aan, open te zijn over alle projecten, ontwikkelingen en initiatieven op het gebied van MVO in de organisatie. Laat hen ook praten over mislukte projecten, en de redenen voor die mislukking. In elk kantoor is een tam-tam, en geruchten zijn moeilijk te ontzenuwen. Slecht nieuws gaat sneller dan goed nieuws, en je zult er van staan te kijken wat het schoonmaakpersoneel allemaal ‘weet’.

3. Koppel MVO altijd aan je zakelijke doelstellingen. Zorg dat in elke communicatie met externen het MVO-beleid wordt genoemd en geroemd. Presenteer het beleid als een win-win situatie. Op elk terrein waarop je organisatie actief is, dient een zakelijk voordeel van MVO te worden gerealiseerd, anders is het niet duurzaam.

4. Laat MVO een vast onderdeel uitmaken van het imago van je organisatie. Zorg dat de medewerkers actief deelnemen aan diverse MVO-activiteiten en beloon ze als ze zich daar vrijwillig voor aanmelden. Als je organisatie zich zeer betrokken toont bij de directe omgeving, kan dat veel voordelen voor de organisatie opleveren. Dit heeft een positief effect op de merknaam-waarde, de motivatie bij de medewerkers vergroten, en de organisatie aantrekkelijker maken voor nieuwe medewerkers. Een slecht imago (niet-MVO) kan er voor zorgen dat klanten en gewaardeerde medewerkers weglopen.

5. Laat je medewerkers als ambassadeurs fungeren voor je organisatie. Als je bovenstaande suggesties hebt opgevolgd, weten ze precies wat er binnen het bedrijf aan de hand is op MVO-gebied. Zorg dat ze dit ook naar buiten toe uitdragen.

6. Waardeer en beloon je medewerkers. Erken hun inspanningen op het gebied van MVO-activiteiten. Laat eventuele bonussen niet alleen afhangen van omzet, maar ook van dergelijke inspanningen. Het blijkt keer op keer dat ervaren en goede mensen hun talenten elders gaan ontplooien als ze zich niet gewaardeerd en erkend voelen.

7. Informeer de externe stakeholders. Investeerders zien MVO nog steeds vaak als een al of niet verborgen kostenpost. Gewoonlijk is het tegenovergestelde waar. Een verlichte HR-praktijk kan helpen bij het besparen op kosten voor tijdelijk personeel, en bij het aantrekken en behouden van betrokken mensen. Milieumaatregelen leveren je in ieder geval geld op - en een goed imago.

8. Vier successen. Als een MVO-project succesvol wordt afgesloten, vier dat dan niet alleen met de betrokken mensen, maar met het gehele bedrijf. En natuurlijk breng je de buitenwacht hiervan op de hoogte.

Wat je niet zou moeten doen:

1. Loze gebaren maken. MVO is geen liefdadigheid. Een jaarlijkse gift van een paar duizend euro aan een goed doel wordt gewaardeerd, maar het is geen MVO.

2. Jaar na jaar vasthouden aan dezelfde programma’s. Zorg voor variatie in je doelstellingen (pas ze aan de dynamiek van de organisatie aan, of aan externe ontwikkelingen) en leer van je fouten.

3. Geld is niet alles. MVO gaat meer over het delen van vaardigheden en tijd, dan over het geven van geld. Zoek naar projecten waarbij de kennis en vaardigheden van de medewerkers wordt gevraagd, en niet hun financiële bijdrage.

Belangrijkste voordelen van een MVO-bewust beleid

- Verbetering van de reputatie van het bedrijf, zowel bij eigen personeel als bij externen.

- Verhoging van de productiviteit dankzij verbeterde innovatie en efficiëntie.

- Bredere klantenbasis dankzij ethisch verantwoord milieubeleid

- Motivatie van de medewerkers en een betere onderlinge verstandhouding

- Aantrekken van goed personeel

- Grotere tevredenheid bij de leiding en de medewerkers

De conclusie die mag worden getrokken, is dat Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen geen hype of voorbijgaande trend is. Het is juist gericht op de lange termijn, op groei en de toekomst van ondernemingen. Daarnaast kost het echt niet zo veel om een eerlijk, verantwoordelijk beleid te voeren. Met het implementeren van dergelijk beleid in je organisatie (ongeacht de grootte van de organisatie) maak je je bedrijf meer winstgevend en beter voor de mensen die er voor werken of er kopen, de directe omgeving en het milieu. Door rekening te houden met de economische, milieutechnische en maatschappelijke impact van je bedrijfsstrategieën draag je bij aan een betere maatschappij en een gezondere planeet. Alles wat je nodig hebt om een goed MVO-beleid te starten, is de wil om het verschil te maken en enige vastberadenheid om het door te zetten.

vallei business | nummer 6 | januari 2011

Maatschappelijk

verantwoord financieren

Maatschappelijk verantwoord ondernemen (MVO) is hot. In een relatief korte periode is ‘maatschappelijk verantwoord’ niet meer voorbehouden aan specifiek milieu georiënteerde bedrijven.

Natuur en milieu zijn de laatste jaren verheven tot ondernemersitems. We realiseren ons dat de zorg voor onze omgeving niet enkel geld kost maar dat dit ook kan bijdragen aan de verhoging van onze omzet. Met een goed MVO beleid worden onze producten eerder gewaardeerd en als we het handig aanpakken is een goed MVO beleid om te zetten in Unique Selling Points ofwel USP’s. En deze onderscheidende waarde maakt uw bedrijf en product interessant voor uw klanten.

Mooi verhaal maar werkt dit ook positief voor

uw financiering?

Een financier let op uw kengetallen: rendement, cash flow, solvabiliteit, EBIT. Deze historische gegevens zijn prima uit uw jaarcijfers te destilleren. Maar daarnaast wordt u en uw bedrijf beoordeeld op uw visie, de kwaliteit van uw management en de wijze waarop u met uw omgeving omgaat.

Dit bepaald voor een groot deel uw lange termijn beleid. En aangezien een lening veelal enkele jaren loopt is dit voor een financier van belang. Een goed MVO beleid werkt dus ook naar uw financier.

Daarnaast is het meegenomen dat de overheid uw MVO aanpak stimuleert. In veel gevallen kan uw MVO beleid leiden tot energiebesparing of verdere effectiviteitverbetering. Economische zaken stimuleert dit middels kennis- en innovatievouchers. Deze zijn aan te vragen via SenterNovem, onderdeel van AgentschapNL.

Overigens blijft de overheid stimuleren want recentelijk heeft de overheid bekend gemaakt dat ze de verruimde BMKB regeling oftewel Staatsgarantie ook voor 2011 hebben verlengd.

Tot 1,5 miljoen euro kan een beroep gedaan worden op staatsgarantie. Voor financieringen tot € 250.000,- kan zelfs tot 80% dus

€ 200.000,- Staatsgarantie worden verleend. Het risico voor de bank wordt hiermee aanmerkelijk kleiner. Deze regeling staat niet enkel open voor starters maar ook voor bestaande bedrijven. Volgens het ministerie van Economische Zaken bent u overigens een starter zolang u niet langer dan 5 jaar een bedrijf in stand houdt.

Van deze mogelijkheden wordt nog maar beperkt gebruik gemaakt. Uiteraard jammer. Weliswaar vraagt de bank de Staatsgarantie aan maar in uw aanvraag kunt u al rekening houden met de geboden staatssteun. Daarnaast biedt de overheid ook specifieke assistentie bij technische innovatie en duurzaamheid.

In alle aanvragen is het essentieel dat u een goed businessplan heeft. Voor financieringsvragen geld in deze tijd zeker: een goede voorbereiding is het halve werk.

Wilt u meer weten over de (verruimde) BMKB regeling of over ondersteuning in uw financieringsaanvraag, schroom dan niet om contact met ons op te nemen.

Credion Gelderse Vallei • Commandeursweg 4 B

Postbus 131 • Telefoon: 0318-414200

Internet: www.credion.nl

column

vallei business | nummer 6 | januari 2011

Hans de Nijs, Onafhankelijk

financieringsspecialist voor het MKB

Met de cheque ter waarde van € 4.250,- heeft Stichting Kinderdiabetes Kookcafé Gelderse Vallei uit Wageningen een mooi bedrag ontvangen vanuit het Coöperatiefonds van Rabobank Vallei en Rijn voor de realisatie van hun project. Rabobank maakt met deze bijdrage kooklessen van kinderen met diabetes en hun klasgenootjes mogelijk.

Leren en plezier maken

In samenwerking met ROC Rijn IJssel Vakschool Wageningen is vanuit het diabetesteam van Ziekenhuis Gelderse Vallei het Kinderdiabetes Kookcafé opgezet. Het project is bedoeld om kinderen te leren wat het is om een klasgenootje te hebben met diabetes. Daarnaast leren leerlingen van de Vakschool om te gaan met diabetes en voeding. Gerard van Hoeven, directeur Particulieren van Rabobank Vallei en Rijn, overhandigde de cheque aan Gert Jan van der Burg, voorzitter van de stichting en Peter Heijmen de kok van het Kinderdiabetes Kookcafé. Van Hoeven: “Het Kinderdiabetes Kookcafé is een prachtig initiatief en maakt kinderen bewust van hoe het is om diabetespatiënt te zijn en hoe je daarmee om kunt gaan. Daarnaast is het ook nog eens leuk voor de kinderen om lotgenoten te ontmoeten en samen te koken. Dit project is een prachtig voorbeeld hoe organisaties hun krachten kunnen bundelen om samen een geweldig project te realiseren. Dit initiatief sluit uitstekend aan bij onze opvatting: ‘Samen bereik je meer dan alleen.’ Aan dat recept dragen wij als Rabobank graag een steentje bij.”

Samen bereik je meer dan alleen

In 2008 is het Kinderdiabetes Kookcafé gestart met het project. In totaal gaat het jaarlijks om 100 kinderen die de stichting bewuster wil maken wat het is om diabetespatiënt te zijn en hoe je daarmee om kunt gaan. De stichting richt zich op scholen in de regio Ede en Wageningen. Voor groepen kinderen met diabetes worden kooklessen verzorgd door een docent-kok van Vakschool Wageningen. Ieder kind met diabetes neemt een klasgenootje mee. Zo ontvangen de kinderen een groepsinstructie over voeding bij diabetes en daarnaast wordt de kennis over diabetes vergroot op scholen en de omgeving van de kinderen. De medische begeleiding wordt verzorgd door een kinderdiabetesverpleegkundige van Ziekenhuis Gelderse Vallei. De instructie over de voeding wordt verzorgd door de kinderdiëtist van ZGV. Per bijeenkomst helpen 3 leerlingen van de Vakschool mee aan de lessen om de aan diabetes gerelateerde problematiek op het gebied van voeding te leren. Gert Jan van der Burg: “Voeding speelt een grote rol bij diabetes. Door kinderen rond dit thema bij elkaar te brengen hopen we op een ontspannen manier de bewustwording en kennis hierover op scholen te vergroten” Meer informatie over Stichting Kinderdiabetes Kookcafé? Surf naar www.kinderdiabeteskookcafe.nl.

Kinderen met diabetes ontmoeten en leren

Bijdrage Rabobank valt in de smaak bij Kinderdiabetes Kookcafé

MVO Nieuws

ISO 26000 richtlijn voor MVO gelanceerd

9 december is de ISO 26000 richtlijn voor MVO gelanceerd tijdens een door NEN georganiseerd seminar. Het eerste exemplaar van de Nederlandse vertaling van richtlijn werd uitgereikt aan Renée Bergkamp, Directeur-Generaal van het Ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie.

Tijdens het seminar sprak MVO Nederland directeur Willem Lageweg. “ISO 26000 is een goed hulpmiddel voor het implementeren van MVO. Maar er een vertaalslag nodig is om de richtlijn beter toepasbaar te maken voor het MKB.” De komst van ISO 26000 en de groeiende marktvraag naar MVO heeft ervoor gezorgd dat bedrijven op zoek zijn naar erkenning voor hun MVO-prestaties. Sommige bedrijven willen zich graag laten certificeren op MVO-gebied. Dat kan niet met ISO 26000, dat is geen certificeerbare norm. Lageweg noemde tijdens het seminar verschillende alternatieven, zoals de zelfverklaring ISO 26000 en wijst op de activiteiten van MVO Nederland om hier hulp in te bieden. Zo publiceerde MVO Nederland onlangs een webdossier over certificering van MVO. Ook organiseert MVO Nederland in februari een bijeenkomst over erkenning voor MVO-prestaties.

Bron: www. mvonederland.nl • Het boek “ISO 26000, Handleiding voor MVO” is te zien en ebstellen op www.iso26000boek.nl/

Energiebesparing procesindustrie

De procesindustrie in Nederland kan jaarlijks twee keer zoveel energie besparen als nu het geval is. Voorwaarde is wel dat een drastische verandering van de werkwijze in de procesindustrie ten aanzien van energie-innovatie wordt doorgevoerd. Dit blijkt uit een onderzoek van 15 bedrijven uit de industrieketen zelf, onder leiding van energiekennisbedrijf KEMA. De procesindustrie neemt circa een kwart van het totale energieverbruik in Nederland voor haar rekening.

Het devies is tweeledig. Ten eerste moet de procesindustrie één loket hebben waar toeleveranciers terecht kunnen om energie-innovaties onder de aandacht te brengen. Bovendien moet de procesindustrie bereid zijn om actief met energie-innovaties aan de slag te gaan. Op hun beurt moeten de toeleveranciers zich beter verdiepen in de specifieke situaties van bedrijven uit de procesindustrie om maatwerkoplossingen te kunnen bieden.

Ten tweede is het van belang dat risico’s die samenhangen met de marktintroductie van energie-innovaties in een vroeg stadium onderkend en op een evenwichtige manier verdeeld worden over de betrokken partijen. Alleen op deze manier wordt de drempel voor een investeringsbeslissing verlaagd, de betrokkenheid van partijen vergroot en daarmee de kans op succes en herhaling gemaximaliseerd.

Biologisch voedsel in de lift

Supermarkten hebben in de eerste drie kwartalen van 2010 opnieuw meer biologische producten verkocht. De omzet steeg ten opzichte van dezelfde periode in 2009 met 20% de grootste groei ooit in de afgelopen tien jaar. Zuivel is met 37% de grootste stijger, gevolgd door koffie/thee/cacao (40%) en vleeswaren (31%). Houdbare producten zijn met een duidelijke inhaalslag bezig en groeien 28%. De komst van meer biologische huismerken en het feit dat A-merken hun productlijn aanvullen met een biologische variant zijn hiervoor verantwoordelijk. De omzet in biologische voeding groeit hiermee tien keer harder dan de totale supermarktomzet in Nederland groeit (1,8%), becijferde het LEI in opdracht van de Task Force Marktontwikkeling Biologische Landbouw. Supermarkten maken ongeveer de helft uit van de totale bio-consumentenomzet. De overige omzet wordt gerealiseerd in speciaalzaken, bedrijfsrestaurants, webwinkels, boerenmarkten en verkoop bij de boer. Ook buiten de traditionele food retail kanalen zijn steeds meer biologische producten verkrijgbaar. Zo is recentelijk Kruidvat met biologische producten op de markt gekomen en bieden Hema en Ikea biologische producten aan in hun restaurants en in hun winkels.

Het succes van biologische voeding is een belangrijke pijler en stimulans voor de verduurzaming van de totale voedselmarkt. Internationale regelgeving geeft de biologische productie een speciale en unieke positie in de markt. De introductie afgelopen zomer in heel Europa van een nieuw logo dat op termijn de nationale logo’s zoals het EKO-merk zal gaan vervangen, moet bijdragen aan de herkenbaarheid van biologisch geproduceerde voeding en daarmee aan de verdere groei. Bron; www.duurzaamnieuws.nl

BUSINESS FLITSEN

vallei business | nummer 6 | januari 2011

Leeftijdbewust

personeelsbeleid

De gemiddelde leeftijd van de Nederlandse bevolking stijgt sterk; mensen leven langer en er worden minder kinderen geboren. Dit heeft ingrijpende gevolgen voor de arbeidsmarkt: de instroom van jongeren is beperkt en het beschikbare personeel vergrijst. Tegelijkertijd verliezen bedrijven met het uittreden van senioren waardevolle kennis en ervaring.

Tekst: Mirjam Gaasterland, socioloog en

loopbaancoach

Organisaties zijn minder kwetsbaar voor ontgroening en vergrijzing wanneer er spreiding is in leeftijdsopbouw; diversiteit bevordert de continuïteit. De uitdaging is organisaties aantrekkelijk te houden voor jongeren en de inzetbaarheid van ouderen te verbreden.

Wanneer er als gevolg van de ontgroening een nijpend tekort ontstaat aan personeel, zal vaker de productie verplaatst worden naar landen als China. Sectoren die vragen om fysieke aanwezigheid zoals bijv. de zorgsector, zullen nu beleid moeten maken om straks niet met (nog meer) tekorten geconfronteerd te worden. Om het vraagstuk helder in kaart te krijgen zijn analyses nodig. Welk effect heeft de bevolkingsopbouw op de vraag en het aanbod op de arbeidsmarkt op een termijn van 10 jaar.

Leeftijdbewust personeelsbeleid heeft als doel flexibiliteit, vitaliteit en competenties van alle medewerkers te bevorderen en niet alleen van oudere werknemers. Het zorgt voor breed inzetbare en vitale medewerkers; nu en in de toekomst. Breed inzetbare medewerkers passen zich gemakkelijker aan tijdens veranderingen in een organisatie zoals bij een nieuwe strategie, afstoting van bedrijfsactiviteiten of reorganisaties. De kans is groot dat de medewerkers daardoor uiteindelijk ook productiever worden en blijven.

Het is van belang dat niet alleen gekeken wordt naar capaciteiten die afnemen met het ouder worden, maar zeker ook naar de vermogens die juist op latere leeftijd worden verkregen, zoals ervaring, slimme werkstrategieën, en inzicht in risico’s en veiligheid. Door mentorschap en het overdragen van vaardigheden en kennis kunnen oudere werknemers een waardevolle bijdrage leveren aan de organisatie. Door de vermogens, die op latere leeftijd worden verkregen, te benadrukken en te stimuleren, kan de oudere werknemer langer voor het arbeidsproces worden behouden.

Investeren in de oudere werknemer loont. De meeste scholings- en trainingsuitgaven worden besteed aan werknemers tot ongeveer 40 – 45 jaar. Leeftijdbewust beleid heeft als uitgangspunt dat juist alle werknemers aan scholing en/of training kunnen deelnemen. Scholing van oudere werknemers heeft vaak een hoger rendement dan investeren in scholing van jonge werknemers. De kans dat een 25-jarige medewerker op korte termijn overstapt, is immers groter dan dat een medewerker van 50 jaar dit zal doen. En - niet minder belangrijk – een medewerker in wie wordt geïnvesteerd, zal zich ook meer inzetten voor de organisatiedoelen.

Er wordt terecht gepleit voor het afschaffen van gunstige regelingen voor senioren zoals extra vrije dagen, automatische salarisverhogingen e.d. Ze werken belemmerend om na ontslag weer een werkgever te vinden. Maar het maakt ook de zittende oudere werknemer duur en minder aantrekkelijk. Tijdig signaleren van vitaliteitrisico’s en aanpassing van de functie-inhoud helpt senioren langer volwaardig te kunnen participeren. Deeltijdpensioen voor werknemers voor wie een fulltime functie te zwaar wordt, zorgen voor mogelijkheden om langer door te werken. Leeftijdbewust personeelsbeleid is urgent en een gezamenlijk belang van werkgevers, werknemers en samenleving.

personeelsbeleid

Vallei Business

Financieel Advies

Rabobank Vallei en Rijn

Galvanistraat 2

6716AE Ede

0318 66 06 60

0318 66 06 66

info@vr.rabobank.nl

www.rabobank.nl

Herenstraat 52 - 3911 JG Rhenen

rhenen@finovion.nl - Tel. 0317 - 61 46 01

Credion Gelderse Vallei

Commandeursweg 4B

6721 TZ Bennekom

T: 0318 - 41 42 00

F: 0318 – 41 47 26

E: geldersevallei@credion.nl

I: www.credion.nl

Service Rubriek

Office

Juristen

Van Veen Advocaten

Keesomstraat 9

6717 AH Ede

0318-687878

0318-687868

ede@vanveen.com

www.vanveen.com

Dirkzwager Advocaten

& Notarissen

Velperweg 1

6824 BZ Arnhem

026 3538300

026 3510793

info@dirkzwager.nl

www.dirkzwager.nl

Exedra Solutions BV

Vendelier 65-69

3905 PD Veenendaal

Telefoon: 0318 580388

E-mail: info@exedra.nl

Grip op e-mail:

betrouwbaar zenden, ontvangen en bewaren

Diverse

Sabra-Systems

Tolboomweg 2

3784 XC Terschuur

0342 422255

info@sabra-systems.nl

Bespaar minimaal 20% op uw ICT kosten met een SABRA ASP server

Service Rubriek

Bedrijfshuisvesting/onderhoud

Locaties

Autodealers

DTZ Zadelhoff

Meander 601

6825 ME Arnhem

026 4 452 445

026 3 513 909

arnhem@dtz.nl

www.dtz.nl

Hotel en Congrescentrum

de ReeHorst

Bennekomseweg 24

6717 LM Ede

T 0318 750300

F 0318 750301

E info@reehorst.nl

I www.reehorst.nl

Saab Centre Gol

Galileistraat 28

3902 HR Veenendaal

0318 556999

0318 556969

info@saabcentregol.nl

www.saabcentregol.nl

Hof van Wageningen

Hotel en Congrescentrum

Lawickse Allee 9

6701 AN Wageningen

T +31-(0)317-490133

F +31-(0)317-426243

E info@hofvanwageningen.nl

W www.hofvanwageningen.nl

Ekris Veenendaal B.V.

Plesmanstraat 45

3905 KZ Veenendaal

0318 546546

0318 525653

info@ekris.nl

www.ekris.nl

Van Hunnik Veenendaal

Newtonstraat 12

3902 HP Veenendaal

veenendaal@vanhunnikautogroep.nl

F 0318-519063

T 0318-541163

www.vanhunnikautogroep.nl/

Residence Rhenen

Veenendaalsestraatweg 50

3921 EC Elst/Rhenen

T 0318 542888

F 0318 540272

E info@residencerhenen.nl

Tanteloes

Veerplein 1

3911 TN Rhenen 

T 0317-616161

E info@tanteloes.com

I www.tanteloes.com

Op de hoogte blijven van onze updates?

Schrijf je in voor de nieuwsbrief

Inschrijven
Vallei Business is een uitgave van Van Munster Media